Meer werk en evenwichtig koopkrachtbeleid
Het kabinet investeert in 2008 in meer (arbeids)deelname van mensen in de samenleving en in een evenwichtig koopkrachtbeleid. De werkloosheid daalt naar verwachting tot 311.000 mensen; nu is die 340.000 personen. Met het recordaantal vacatures is dit het moment om iedereen die nu nog aan de kant staat waar mogelijk bij de samenleving te betrekken. Er komen maatregelen om mensen die lang langs de kant staan aan een baan te helpen. Voor de hele kabinetsperiode voorspelt het Centraal Planbureau (CPB) voor iedereen een duidelijke koopkrachtverbetering, zo blijkt uit de begroting van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid voor 2008.
Nederland staat er economisch goed voor. De economische groei voor volgend jaar wordt geraamd op 2 ½ procent. De economische groei houdt aan, de werkgelegenheid groeit en de werkloosheid blijft dalen. Er is meer werk voor meer mensen; die ontwikkeling zet ook in 2008 door. Om die ontwikkeling voor langere termijn zeker te stellen, is het nodig dat er ook mensen zijn om dat extra werk te doen. Het kabinet neemt hiervoor maatregelen in het actieprogramma Iedereen doet mee dat met de begroting naar het parlement is gestuurd.
Meer mensen aan het werk
Het kabinet wil meer mensen aan het werk helpen. Dat is nodig om de gevolgen van de vergrijzing op te vangen. Nu werkt ongeveer 70 procent van de beroepsbevolking, dat moet 80 procent zijn in 2016. In deze kabinetsperiode worden 200.000 mensen met grote afstand tot de arbeidsmarkt extra aan de slag geholpen, zo heeft het kabinet afgesproken met gemeenten en sociale partners.
Het kabinet maakt daarbij gebruik van de bereidheid van de werkgeversorganisatie om op grote schaal arbeidsplaatsen aan te bieden voor mensen die langer dan een jaar werkloos zijn. De ambitie is ten minste vijftig procent van hen aan een reguliere baan te helpen.
Verder is het de bedoeling dat gemeenten de komende jaren 100.000 mensen aan de slag helpen: 75.000 mensen uit de bijstand en 25.000 mensen zonder een uitkering. Ook met de sociale partners zijn afspraken gemaakt om hun aandeel in de doelstelling te halen.
Net als in de bijstand komen er ook loonkostensubsidies voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten en WW’ers met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Het UWV kan hen daarmee aan een baan helpen. Daarnaast zullen mensen in de bijstand die ver van de arbeidsmarkt staan, in beginsel twee jaar met behoud van een uitkering mogen werken. Zij krijgen hierbij een bonus en scholing aangeboden. Jongeren tot 27 jaar moeten werken of naar school; anders krijgen zij in principe geen uitkering meer.
Verder moet de arbeidsmarkt een nieuw evenwicht krijgen tussen flexibiliteit en zekerheid en mensen beter toegerust worden voor de arbeidsmarkt. Het kabinet wil hiervoor actie ondernemen op verschillende met elkaar samenhangende elementen: mogelijkheden creëren dat meer mensen werken, meer zekerheid voor flexwerkers, invoeren van een scholingsplicht en moderniseren van de arbeidsovereenkomst. Het kabinet maakt een wetsvoorstel dat al deze elementen bevat. Daarmee wil het kabinet de huidige gunstige economie benutten om mensen aan de slag te helpen die nu nog langs de kant staan. Het kabinet investeert in betere inzetbaarheid: meer en betere opleidingskansen maken mensen weerbaar, ook op de arbeidsmarkt van morgen. Daarnaast komen er specifieke maatregelen om ouderen voor de arbeidsmarkt te behouden, meer vrouwen en allochtone jongeren te laten werken en gedeeltelijk arbeidsgeschikten en gehandicapten betere toegang tot de arbeidsmarkt te bieden.
Inkomensbeleid
Het kabinet streeft naar een evenwichtig koopkrachtbeleid. Voor de hele kabinetsperiode voorspelt het Centraal Planbureau (CPB) voor iedereen een duidelijke koopkrachtverbetering. In 2008 ziet een aantal groepen hun koopkracht echter nog licht dalen. Dat komt onder andere door de hogere inflatie (die komt in 2008 uit op naar verwachting 2 procent), stijgende zorguitgaven en een aantal milieumaatregelen.
Het kabinet neemt maatregelen om de inkomensontwikkeling evenwichtig te verdelen. Vooral minima, ouderen en mensen met kinderen worden zo veel mogelijk ontzien. Hun koopkracht blijft gelijk of stijgt licht. Alleenstaande ouders die op een minimum zitten, gaan er in 2008 op vooruit door invoering van de kindertoeslag.
Armoedebestrijding
De bestrijding van armoede en schulden moet zo veel mogelijk lokaal gebeuren. Het kabinet maakt daarover afspraken met gemeenten. In 2008 komt er extra geld voor het aanpakken van de wachtlijsten voor de schuldhulpverlening, en krijgen gemeenten meer armslag om gezinnen op een minimum een extraatje te geven, in geld of bijvoorbeeld met computers voor schoolgaande kinderen. Ook krijgen gemeenten meer ruimte en meer geld voor gericht armoedebeleid.