De Bunker verbindt verleden en heden
Wie De Bunker bezoekt, wordt geconfronteerd met gewetensvragen; vragen die in de Tweede Wereldoorlog actueel waren en dat vaak nu nog zijn. Staatssecretaris Bussemaker sprak tijdens de opening van De Bunker in Arnhem en zei onder meer: 'In mijn beleid wil ik deze verbinding tussen vroeger en nu ook duidelijk maken.' Hieronder staat haar volledige toespraak.
Dames en heren,
Onderweg hierheen heb ik al een blik op de bunker kunnen werpen, en ik moet u zeggen dat het er heel indrukwekkend en tegelijkertijd dreigend uitziet.
Een bunker ziet er natuurlijk altijd dreigend uit. Ook al staan de meeste midden in de natuur en hebben veel boeren vaak van de nood een deugd gemaakt en gebruiken ze sommige bunkers als stal voor hun geiten of schapen. Het resultaat blijft hetzelfde: het zijn naargeestige bouwwerken.
Hoe troosteloos zo’n betonnen kolos is, wordt nog eens versterkt als je hem op een plek ziet die je niet verwacht, zoals hier, midden in de stad.
Ik ben er dan ook van overtuigd dat deze namaakbunker veel mensen nieuwsgierig zal maken. En hopelijk leidt dat er toe dat mensen besluiten een kijkje in de bunker te nemen. Ik wil mezelf daartoe in ieder geval rekenen en straks een bezoekje brengen.
Door een bunker midden in de stad te plaatsen en daardoor mensen nieuwsgierig te maken, is de bedenker van dit project, het promotiebureau voor Nederlandse geschiedenis Anno, al voor een belangrijk deel in haar doelstelling geslaagd: de oorloggeschiedenis laagdrempelig presenteren.
Ik heb begrepen dat u ook binnen in de bunker de laagdrempeligheid weet vast te houden. Dat is – zoals we zojuist hebben kunnen horen - gedaan door de geschiedenis zeer persoonlijk te maken. U stelt de bezoekers een aantal gewetensvragen. Vragen die in de oorlog realiteit waren en waar iedereen mee geconfronteerd kon worden.
Vragen die bovendien niet alleen in de oorlog aan de orde waren, maar die ook nu nog actueel zijn. Want al ligt de Tweede Wereldoorlog ruim 60 jaar achter ons, veel thema’s uit die periode hebben niks aan actualiteit ingeboet. Ook in Nederland niet. Nog steeds vinden sommige mensen dat ze superieur zijn aan anderen en stellen ze zich vijandelijk op tegenover minderheden en andersdenkenden. Respect voor elkaar en vrijheid van meningsuiting zijn onderwerpen die 60 jaar geleden speelden en ook vandaag. In mijn beleid wil ik deze verbindingen tussen vroeger en nu duidelijk maken.
Behalve deze gewetensvragen krijgen de bezoekers in de bunker verhalen te horen van mensen die de oorlog in Arnhem hebben meegemaakt. U hebt bewust niet gekozen voor de bekende personen uit de wereldgeschiedenis, maar voor de gewone mensen, de mensen die in een gewone straat woonden en geen hoofdrol in de oorlog hebben gespeeld.
Ik moet u zeggen dat deze methode mij erg aanspreekt.
Het schetst een beeld dat voor iedereen herkenbaar is, voor jong en voor oud.
En ook dat sluit aan op het beleid dat ik voorsta en dat er op gericht is het verhaal van de oorlog te blijven vertellen aan nieuwe generaties. Ik zie het als respect voor de oorlogsgetroffenen dat we kennis van het verleden behouden en mensen er mee in aanraking brengen.
En naar mate de Tweede Wereldoorlog verder achter ons komt te liggen en het aantal mensen dat de oorlog heeft meegemaakt afneemt, wordt het belangrijker om nieuwe, aansprekende methoden te vinden om het verhaal te blijven vertellen. De meesten van ons hebben de oorlogsverhalen vaak nog uit de eerste hand gehoord, van ouders, ooms en tantes. Maar voor jongere generaties geldt dat meestal niet meer.
Mede om die reden heb ik enkele maanden geleden het startsein gegeven voor het programma Erfgoed van de oorlog. Dit programma is er op gericht om materiaal uit de Tweede Wereldoorlog te behouden, te ontsluiten en vooral te gebruiken. Materiaal waarvan we denken dat het bijzonder is en waarvan we verwachten dat het toekomstige vragen van nieuwe generaties kan beantwoorden.
Materiaal dat we nodig hebben om onze geschiedenis te begrijpen, nu én later.
Onderdeel van het Erfgoed van de oorlog is het project Getuigen Verhalen: de geschiedenis opgetekend uit de mond van ooggetuigen. Dat project zal uniek beeldmateriaal opleveren. Niet alleen voor toekomstige historici, maar ook voor toekomstige scholieren.
Nu staan nog geregeld mensen voor de klassen die zelf de oorlog hebben meegemaakt. En uit de reacties van leerlingen blijkt dat hun verhalen meer effect hebben dan tientallen lesboeken. Maar over een aantal jaren is dat niet meer mogelijk. De oorlogsgeneratie zal dan verdwenen zijn. Gefilmde interviews met mensen die de oorlog hebben meegemaakt kunnen dan een goed alternatief vormen. Stelt u zich eens voor als we nu konden beschikken over gefilmde interviews met mensen die in de 19e eeuw hadden geleefd. Wat een schat aan informatie zou dat opleveren en wat een enorme indruk zou dat maken!
Dankzij de technieken waarover we nu beschikken kunnen we er voor zorgen dat generaties na ons wél kunnen terugkijken én luisteren naar de verhalen over deze belangrijke episode uit onze geschiedenis. Maar dan, dat is u bekend, dan is wel enige haast geboden.
Anno levert met De Bunker en de daaraan verbonden website, een belangrijke bijdrage aan het behouden, ontsluiten én het voor iedereen toegankelijk maken van de oorlogsgeschiedenis van gewone mensen uit de regio.
Geschiedenis van de eigen, directe omgeving spreekt mensen vaak veel meer aan dan nationale en internationale geschiedenis. Als je weet dat er een razzia in jouw buurt heeft plaatsgevonden en dat mensen uit jouw buurt zijn opgepakt, heeft dat veel meer effect dan verhalen over een anonieme wijk in een andere stad, waar je nog nooit bent geweest. Ik vind het dan ook een goede keus van Anno om op die manier de Tweede Wereldoorlog onder de aandacht te brengen en de dilemma’s waar mensen toen voor gesteld werden door te trekken naar het heden.
Om dezelfde reden heeft het Nationaal Comité 4 en 5 mei een website gemaakt waarop ruim 3000 oorlogsmonumenten zijn verzameld. Daarop zijn ook prima de monumenten in de regio te zien.
Wat ik ook goed van De Bunker vind, is dat het aanhaakt op het belang van herdenken en vieren. Want ook dat hangt samen met het levend houden van de herinnering aan de oorlog. De Bunker staat een maand lang in Arnhem, omdat hier 63 jaar geleden de slag om Arnhem, een onderdeel van operatie Market Garden, plaatsvond en wordt herdacht.
En ook de volgende halte van De Bunker, in Rotterdam, valt samen met een belangrijke datum: onze nationale bevrijdingsdag 5 mei.
Dames en heren,
Ik sluit af. We gaan zo meteen naar De Bunker om deze bijzondere tentoonstelling te openen. Ik hoop – en ga er eerlijk gezegd ook van uit - dat veel mensen dit bouwwerk zullen bezoeken en dat het daardoor een belangrijke bijdrage kan leveren aan het levend houden van dat belangrijke onderdeel van onze geschiedenis, de Tweede Wereldoorlog.