Melden en afhandelen van verdenking blauwtong vereenvoudigd
Minister Verburg van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft besloten om vanaf vandaag het melden en afhandelen van verdenkingen van blauwtong te vereenvoudigen.
Bij een melding van een verdenking van blauwtong is het niet meer nodig dat een specialistenteam van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) de dieren onderzoekt, de eigen dierenarts kan zonder de VWA het klinisch onderzoek op het bedrijf uitvoeren en een besmetting hoeft niet meer via een laboratoriumonderzoek bevestigd te worden.
De Europese Commissie (EC)vindt het niet langer nodig dat alle gevallen van blauwtong uitbraken binnen 24 uur gemeld worden. Ook vindt de commissie het niet in alle gevallen nodig dat een besmetting door laboratoriumonderzoek bevestigd wordt. De EC stelt dat een besmetting in een besmet gebied ook op basis van klinische verschijnselen kan worden vastgesteld. Als een dierenarts ziekteverschijnselen constateert die overeenkomen met het ziektebeeld van blauwtong en het dier bevindt zich in een besmet gebied, kan dit als een besmetting bij de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) geregistreerd worden. Door deze interpretatie vindt Verburg het op dit moment gerechtvaardigd dat de systematiek voor het melden en afhandelen van verdenkingen van blauwtong te vereenvoudigen.
Er is dit jaar een zeer groot aantal bedrijven besmet met blauwtong en er komen dagelijks nieuwe verdenkingen bij. Op dit moment zijn er 1619 besmette locaties.
De ziekte is verspreid over heel Nederland en de maatregelen en beperkingen zijn voor het gehele land gelijk. Veehouders zijn verplicht nieuwe uitbraken van blauwtong te melden aan de praktiserend dierenarts en niet langer aan de VWA of de meldkamer van de Algemene Inspectiedienst (AID). De praktiserend dierenarts meldt door middel van een vastgesteld formulier aan de VWA, dat hij symptomen op het bedrijf heeft vastgesteld, die passen bij een blauwtonginfectie. De VWA besluit vervolgens op grond van deze verklaring en aanvullende informatie of het bedrijf besmet wordt verklaard.
Sommige symptomen van blauwtong lijken op die van mond- en klauwzeer. Het blijft van het grootste belang dat dierenartsen en veehouders alert blijven op andere bestrijdingspichtige dierziekten dan blauwtong en deze direct aan de VWA melden.
In de Gezondheid en Welzijnswet voor Dieren (GWWD) is voor bestrijdingspichtige dierziekten, zoals mond- en klauwzeer, varkenspest en blauwtong een meldingsplicht opgenomen. Deze meldingsplicht is zowel voor de houder als voor de praktiserend dierenarts. De meldingsplicht is om een aantal redenen van groot belang. Het is cruciaal dat een dergelijke dierziekte in een zo vroeg mogelijk stadium wordt ontdekt, zodat zo snel mogelijk maatregelen genomen kunnen worden. Ook voor het nemen van bestrijdingsmaatregelen is het nodig dat bekend is waar zich de besmettingshaarden bevinden. De besmette gevallen van deze ziekten moet internationaal worden gemeld.
De meldingen van besmettelijke dierziekten moet dus met de grootste zorgvuldigheid worden afgehandeld. Wanneer een dergelijke ziekte bij de VWA wordt gemeld gaat een team van specialisten op pad (een dierenarts van de VWA, een dierenarts van de GD-Deventer en de eigen practicus van het bedrijf). In de meeste gevallen zal de definitieve diagnose worden gesteld op basis van laboratorium onderzoek. Positieve gevallen zijn overigens altijd met een laboratoriumtest bevestigd.