Cijfers Kinderontvoering 2006
Minister Hirsch Ballin van Justitie heeft de Tweede Kamer geïnformeerd over het aantal zaken dat de Centrale Autoriteit Internationale Kinderontvoering (CA) heeft behandeld in 2006. De CA is belast met de uitvoering van het Haags Kinderontvoeringsverdrag en draagt zorg voor het teruggeleiden van kinderen naar het land van herkomst wanneer er sprake is van kinderontvoering en treedt op wanneer er inbreuk gemaakt wordt op het omgangsrecht.
In 2006 heeft de CA in totaal 150 verzoeken in behandeling genomen. Daarvan hadden 21 verzoeken betrekking op een internationale omgangsregeling en zagen 129 verzoeken op internationale kinderontvoering. Genoemde ontvoeringszaken (129) waren verdeeld in 34 inkomende verzoeken waarbij 48 kinderen naar Nederland waren ontvoerd, en 95 uitgaande verzoeken, waarbij 128 kinderen naar het buitenland werden ontvoerd. Van genoemde 95 uitgaande zaken zijn inmiddels 43 verzoeken afgerond (stand per 23 maart 2007), waarbij 56 kinderen zijn teruggeleid naar het land van hun gewone verblijf.
Vergeleken met het voorgaande jaar heeft de CA minder inkomende zaken ter behandeling gekregen, zowel wat betreft teruggeleiding als wat betreft omgang. Het aantal ontvoeringszaken was 34 (2005: 38), het aantal inkomende omgangszaken 10 (2005: 13). Het totaal aantal uitgaande zaken is gestegen van 87 naar 106. Daaraan is met name de stijging van het aantal ontvoeringszaken van 75 (2005) naar 95 debet. Het aantal uitgaande omgangszaken bedroeg in 2006 11, in 2005 12. Evenals in het voorgaande jaar blijkt bij zowel inkomende als uitgaande zaken dat de ontvoerende ouder vaker de moeder is dan de vader. Ook nu blijkt het aantal ontvoeringen naar landen in West-Europa het hoogst: Frankrijk (9), België (8), Spanje (5), Duitsland (5), Engeland en Schotland (7). Ook bij inkomende zaken gaat het in veel gevallen om ontvoering vanuit landen in deze regio: België (6), Spanje (4) en Duitsland (3).
In vergelijking met 2005 is het aantal gevallen waarin kinderen naar niet-verdragslanden zijn meegenomen nagenoeg gelijk gebleven: 23 verzoeken in 2005 versus 22 verzoeken in 2006. Hoewel het totaal aantal uitgaande zaken aanzienlijk is toegenomen (stijging van 27%), is het aantal ontvoeringen naar niet-verdragslanden dus niet toegenomen. Van de 22 ontvoeringszaken naar niet-verdragslanden betrof het in 10 gevallen een overwegend islamitisch land. Marokko voert daarbij de lijst aan met 5 zaken. Naar Irak (2) en Iran (2) vonden 4 ontvoeringen plaats, terwijl er naar aanleiding van een ontvoering naar Egypte maar 1 teruggeleidingsverzoek werd ingediend (in 2005 nog 5).