Antwoorden op Kamervragen Agema over het bericht dat artsen meer frauderen dan patiënten
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
17 augustus 2007
Z-K-U-2785274
Antwoorden van minister Klink op de vragen van het Kamerlid Agema (PVV) over het bericht dat artsen meer frauderen dan patiënten (2060720380).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht ) dat artsen vaak frauderen en te veel declareren?
Antwoord 1
Ja. Het bericht stond echter niet in De Pers van 5 juni maar van 5 juli 2007.
Vraag 2
Deelt u de mening dat fraude - ongeacht of het de arts of patiënt betreft - effectief bestreden dient te worden? Zo ja, wat gaat u hiertegen ondernemen? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 2
Ja. Fraude in de zorg moet effectief worden bestreden. De zorgverzekeraars spelen hierin een hoofdrol. Ik verwijs in dit verband naar mijn recente brieven over de stand van zaken zorgfraude van 10 mei 2007 (deze brief had betrekking op het jaar 2005) en van
5 juli 2007 (deze brief had betrekking op het jaar 2006).
Vraag 3
Is het juist te stellen dat het genoemde bedrag van 38 miljoen euro de ondergrens is van het totale bedrag aan gemeenschapsgeld dat is verspild als gevolg van het declareren van behandelingen door artsen die ze niet hebben uitgevoerd? Hoe gaat u dit effectief bestrijden?
Antwoord 3
Nee. De rapportage van Zorgverzekeraars Nederland over 2006 die ik uw Kamer 5 juli jl. toezond, geeft niet aan dat een bedrag van euro 38 miljoen is verspild als gevolg van het declareren van behandelingen door artsen die ze niet hebben uitgevoerd.
De rapportage laat zien dat het totale opgespoorde bedrag (zowel fraude als overige onterechte declaraties) een kleine euro 38 miljoen bedraagt. In dat bedrag zit een bedrag van circa euro 6,8 miljoen aan ‘echte’ fraude. Het verschil, circa euro 31 miljoen, werd weliswaar onterecht gedeclareerd, maar daarbij was geen sprake van fraude.
In 2006 hebben verzekeraars het opgespoorde bedrag van euro 38 miljoen euro teruggevorderd dan wel niet uitgekeerd.