Antwoorden op de vragen van het Kamerlid Agema (PVV) over Overtreding van de Arbeidstijdenwet door artsen in opleiding 2060719560
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DBO-K-U-2782616
25 juli 2007
Antwoorden van minister Klink op kamervragen van het Kamerlid Agema over Overtreding van de Arbeidstijdenwet door artsen in opleiding (2060719560).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht dat in 90% van de gevallen de Arbeidstijdenwet wordt overtreden omdat artsen in opleiding gemiddeld 7 uur per week meer moeten werken dan 48 uur waarbij uitschieters van een meer dan 80-urige werkweek worden gemeld, en dat uit onderzoek blijkt dat 20% van de artsen in opleiding aan de criteria van een burn-out voldoen waarbij er een verband bestaat tussen burn-out, oververmoeidheid en het maken van medische fouten? Zo ja, wat gaat u ondernemen en wanneer om aan deze voortdurende wantoestanden een einde te maken?
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met het bericht. Het onderzoek waar naar wordt verwezen lag ook ten grondslag aan een artikel dat eerder in Medisch Contact is verschenen. (F.M.M.A. van der Heijden e.a. “Toegewijd, maar oververmoeid”, Medisch Contact, 10 november 2006) Naar aanleiding van dit artikel zijn door mijn voorganger ook vragen beantwoord. Hierin werd aangegeven dat artsen en artsen in opleiding een eigen verantwoordelijkheid hebben voor het beperken van functieverlies door structurele overbelasting en dat werkgevers de verantwoordelijkheid hebben de arbeidstijden na te leven.
Uit het onderzoek bleek dat arts-assistenten gemiddeld 7 uur per week meer dan hun contractuele (voltijds)arbeidsduur werkzaam zijn. Dit valt op zichzelf nog binnen de grenzen van wat wettelijk is toegestaan, maar dit neemt niet weg dat er in specifieke gevallen sprake kan zijn van een overtreding van de regels. In 2003 heeft de arbeidsinspectie voor het laatst onderzoek gedaan naar de naleving van de regels in deze sector. Dit jaar zal de arbeidsinspectie wederom een onderzoek uitvoeren naar de werk- en rusttijden van artsen in opleiding tot medisch specialist. Dit onderzoek ondervangt dan de uit het artikel blijkende aarzelingen die AIOS zelf hebben om onrechtmatigheden in hun rooster ter discussie te stellen.
Vraag 2
Deelt u de mening dat het niet langer toegestaan moet zijn dat arts-assistenten avond, nacht en weekenddiensten draaien, zonder de lijfelijke aanwezigheid van een specialist in het ziekenhuis? Zo ja, per wanneer gaat u bewerkstellingen dat aan deze wantoestand een einde komt? Zo neen, waarom niet?
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik u ook naar mijn eerdere antwoord op uw vraag naar aanleiding van dit onderwerp. Ik heb toen aangegeven dat AIOS zelf verantwoordelijkheid kunnen dragen – en dit ook doen – voor handelingen die binnen hun kennis en vermogen liggen en dat voor handelingen die buiten hun vermogen liggen deze onder toezicht gebeuren. Als een AIOS alleen aanwezig is in het ziekenhuis, moet er altijd een lid van de opleidingsgroep bereikbaar zijn die binnen een vastgestelde tijd in het ziekenhuis aanwezig moet zijn.