Antwoorden op kamervragen van Ouwehand over zorgkosten en gezond eten
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
VGP-K-U- 2777498
17 juli 2007
Antwoorden van minister Klink, mede namens de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, op de vragen van het Kamerlid Ouwehand (PvdD) over zorgkosten en gezond eten (2060717340).
Vraag 1
Kent u het bericht ‘Gezond eten bespaart miljarden aan zorgkosten’? 1)
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u aangeven in hoeverre en op welke wijze zorgverzekeringen van overheidswege gestimuleerd worden om te werken aan preventie via voorlichting over een gezond eet- een leefpatroon? Deelt u de mening dat uw inzet voldoende is en kunt u aangeven waarom?
Antwoord 2
Een groot aantal zorgverzekeraars investeert thans in preventie. Vooral op lokaal niveau participeren zij in projecten die tot doel hebben burgers te ondersteunen bij het aanleren van een gezonde leefstijl. Zij worden daarin door de betreffende lokale overheden veelal gestimuleerd. Ook bieden veel verzekeraars hun verzekerden via de aanvullende verzekeringen stoppen-met-rook-cursussen aan, health checks, of het gebruik van sportfaciliteiten. De verzekeraars doen dit op eigen initiatief.
In de motie van Van der Veen (Tweede Kamer, vergaderjaar 2006-2007, 30800 XVI, nr 74) wordt de regering gevraagd in overleg met het veld na te gaan of en hoe preventie in het basispakket (van de Zorgverzekering) kan worden opgenomen. In heb de Kamer toegezegd hierop een reactie te geven in het kader van de Preventievisie die ik aan de Kamer heb toegezegd. Ik zal daarbij ook gebruik maken van het advies dat het CVZ thans over dit onderwerp voorbereidt.
Vraag 3
Kunt u aangeven waarom via het vereveningsstelsel vooral veel aandacht lijkt te worden gegeven aan het herverdelen van hoge risico’s onder verzekeraars, waar zorgverzekeringen toch vooral het verzekeren van gezondheid zouden behoren na te streven anders dan het verzekeren van ziekte(kosten)? Acht u dit een wenselijke ontwikkeling? Zo ja, waarom? Zo neen, op welke wijze wilt u in het vereveningsstelstel meer aandacht vragen voor het verzekeren van gezondheid?
Antwoord 3
De zorgverzekering is een privaatrechtelijke verzekering met sociale waarborgen. In het privaatrechtelijke karakter komt het accent van de schadeverzekering tot uitdrukking. De sociale waarborgen zijn verankerd in de wettelijke omschreven dekking, de acceptatieplicht van verzekeraars en het verbod op premiedifferentiatie. Via het risicovereveningssysteem corrigeert de overheid een deel van de premieontvangsten van verzekeraars. Dat gebeurt op basis van het risicoprofiel van de verzekerden. Verzekeraars met relatief veel verzekerden met een hoog gezondheidsrisico (ouderen, chronisch zieken) worden zo gecompenseerd door de verzekeraars met relatief veel gezonde verzekerden. Hiermee worden twee doelen gediend: het tegengaan van risicoselectie en het zorgen voor eerlijke concurrentie tussen verzekeraars. De risicovervening is niet bedoeld als zelfstandig instrument om het karakter van de zorgverzekering om te buigen van een schadeverzekering naar een verzekering van gezondheid. Voor zover dit laatste gewenst is dient dit primair te verlopen via de aanpassing van de wettelijke verankerde dekking (zie het antwoord op vraag 2). De risicoverevening is dan volgend, in de zin dat deze dan ook betrekking heeft op de kosten van de preventieve zorg waarmee het pakket is aangepast.
Vraag 4
Kunt u aangeven of en op welke wijze de overheid zich inzet voor de bevordering van het consumeren van fruit op scholen en op het werk? Bent u bereid die inzet op te voeren gelet op de preventievoordelen die daarmee te behalen zijn? Zo ja, bent u bereid in dat kader het accent te leggen op biologisch (dynamisch) verbouwd fruit? Zo ja, op welke termijn en op welke wijze wilt u daar invulling aan geven? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 4
Ik vind het belangrijk dat mensen op jonge leeftijd kennis maken met gezonde voeding en groenten en fruit in het bijzonder. Hiervoor onderneem ik dan ook actie samen met mijn collega van LNV. In de brief aan de Kamer van 8 maart 2007 (30800 XIV, nr. 84) heeft mijn collega van LNV, mede namens OCW en VWS, aangekondigd dat wij een gezamenlijke programmalijn Jeugd en Voedsel zullen ontwikkelen. Hierin zullen de bestaande programma’s Smaaklessen en Schoolgruiten van LNV en VWS een plaats krijgen. Het doel hiervan is om mensen in hun jeugd al op prikkelende wijze te interesseren voor wat zij eten, de bijdrage daarvan aan hun eigen gezondheid en de wereld die daarachter zit. Hierbij is ook aandacht voor productiewijzen zoals de biologische landbouw. Bovendien bevordert het uitvoeren van deze programmalijn specifiek de groente- en fruitconsumptie. De inzet is erop gericht om het bereik op te voeren naar 25% van de jongeren van 4–16 jaar en 3000 basisscholen in 2012.
Het door bedrijven beschikbaar stellen van fruit op de werkplek en bijvoorbeeld ‘gezonde kantines’ zie ik als een kans voor het bedrijfsleven. Bedrijven hebben namelijk belang bij gezonde en fitte werknemers. Daarnaast biedt dit kansen om zich in positieve zin van andere bedrijven te onderscheiden. Dit najaar start “Aardappelen, Groente, Fruit Promotie Nederland” (AGFPN) met het project ‘Werkfruit’, waarbij werkgevers fruit aanbieden aan hun werknemers. Dit is een van de activiteiten van het Convenant Overgewicht.
Vraag 5
Deelt u de mening dat het zorgbeleid, meer dan nu het geval is, gericht zou moeten zijn op het voorkómen van zieken? Zo ja, op welke termijn en op welke wijze wilt u daar invulling aan geven? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 5
Zie mijn antwoord op de vragen 2 en 3
1) De Telegraaf, 29 mei 2007