Antwoorden op kamervragen over de plaatsing van een C2000-mast nabij het beschermde stadsgezicht van Deventer
Vragen van het lid Van Dam (PvdA) over de plaatsing van een C2000-mast nabij het beschermde stadsgezicht van Deventer.
'Het lid van Dam heeft op 20 maart 2007 over ditzelfde onderwerp ook vragen gesteld. Deze zijn beantwoord in Kamerstuk 1498. Daar waar relevant verwijs ik kortheidshalve in mijn antwoorden op deze vragen naar mijn eerdere antwoorden.' (Minister Ter Horst)
1. Vraag
Heeft u alsnog kennisgenomen van het bezwaar van de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten over de in hun ogen ongelukkige locatiekeuze voor deze mast en hun verzoek voor een alternatieve oplossing om het beschermde stadsgezicht niet in deze mate aan te tasten? 1)
1. Antwoord
Ja.
2. Vraag
In welke mate wordt bij de plaatsing van C2000-masten, naast het algemeen belang van een goed functionerend communicatienetwerk voor hulpdiensten, rekening gehouden met adviezen en opvattingen van rijksdiensten en adviesorganen, zoals de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten?
2. Antwoord
Zie mijn beantwoording van uw vragen d.d. 20 maart jl.
3. Vraag
Hoe beoordeelt u deze brief waarin een rijksdienst haar zorgen uitspreekt over de locatiekeuze en de plaatsing van deze 53 meter hoge mast in het zicht van het beschermde stadsgezicht van Deventer.
3. Antwoord
Ik heb in mijn vorige beantwoording van uw vragen d.d. 20 maart jl. aangegeven dat de keuze van een locatie maatwerk is. De uiteindelijke doelstelling voor het plaatsen van een C2000 mast is en blijft echter volledige landelijke C2000 dekking. Ook op uw eerdere vraag of er alternatieven voor locatiekeuze aanwezig waren heb ik geantwoord.
4. Vraag
Is het u bekend dat er pas laat in het plaatsingsproces van de mast in Deventer door uw ministerie is aangegeven dat er een alternatief voorhanden was door middel van plaatsing van twee kleinere masten die ook voldoende bereik opleveren, maar waarbij de kosten van plaatsing van deze masten voor de gemeente zijn? Zo ja, waarom is dit alternatief pas aangeboden aan de gemeente en ook vermeld richting omwonenden van de mast toen de plaatsing van de mast vrijwel voltooid was, ook al heeft de gemeente hier niet zelf direct om gevraagd?
4. Antwoord
Gedurende het gehele proces is openheid betracht bij de afweging die moest worden gemaakt omtrent de plaatsing van de mast, waarbij ook de alternatieven zijn besproken en inzicht is gegeven in de gevolgen van het eventueel niet kunnen bouwen op de nu gekozen locatie. Uiteindelijk heeft B&W van de gemeente Deventer ingestemd met de huidige locatie voor de mast. Vandaar ook dat de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten zijn bezwaar richt tot het college van B&W in Deventer. Aan de gemeente Deventer is overigens ook nooit voorgesteld de kosten van plaatsing van 2 masten aan mij te vergoeden.
5. Vraag
Bent u bereid om op basis van deze aanvullende informatie rond alternatieven met kleinere masten en late vermelding van deze alternatieven in combinatie met de opvatting van de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten, de locatiekeuze voor deze C2000-mast te heroverwegen, zoals u aangaf in eerdere beantwoording? 2)
5. Antwoord
Ik blijf bij mijn eerder gegeven antwoord dat ik alles overziende geen noodzaak zie de huidige mast te verplaatsen. De aanvullende informatie rond alternatieven en de inhoud van het bezwaar van de Rijksdienst levert geen nieuwe feiten of omstandigheden op die leiden tot heroverweging.
1) C2000 mast, De worp, beschermd stadsgezicht, brief van de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten, d.d. 21 februari 2007
2) Aanhangsel Handelingen nr. 1498, vergaderjaar 2006-2007