Antwoorden op kamervragen van Agema over geldverspilling in ziekenhuizen

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

CZ-K-U-2777480

3 juli 2007

Antwoorden van minister Klink op kamervragen van het Kamerlid Agema over geldverspilling in ziekenhuizen (ingezonden 6 juni 2007).

Vraag 1
Bent u bekend met het bericht dat ziekenhuizen dramatisch slecht zijn georganiseerd?

Antwoord 1
Ja.

Vraag 2
Onderschrijft u de stelling dat er “echt veel te veel geld verspild wordt”? Zo ja, hoe gaat u deze verspilling van gemeenschapsgeld effectief bestrijden? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 2
Dat de zorg efficiënter, klantgerichter en veiliger georganiseerd kan worden, is in vele rapporten benoemd. Best practices op het terrein van patiëntenzorg, maar ook op bijvoorbeeld de wijze waarop de inkoop van het ziekenhuis georganiseerd is, tonen ook aan dat het beter kan. In het programma Sneller Beter zijn hier vele voorbeelden van opgenomen en zijn nieuwe manieren van werken ontwikkeld die dit proces ondersteunen en versnellen. De verbeterprojecten laten heel goede resultaten zien.
Ziekenhuizen zijn complexe organisaties met heel veel verschillende (zorg)processen, die in een gebudgetteerd systeem functioneren en daarom soms te weinig worden uitgedaagd tot efficiencyverbeteringen. Sinds enige jaren is het beleid er op gericht ziekenhuizen stapsgewijs meer ruimte te geven om de zorg klantgericht en efficiënt te organiseren. Zorgverzekeraars hoeven niet meer alle aanbieders te contracteren. Introductie van prestatiebekostiging op basis van diagnose behandelcombinaties met vrije onderhandelingen over productie, kwaliteit en prijs vormen hierbij een belangrijk instrument. Ik heb u in meerdere brieven van mijn activiteiten op dit terrein op de hoogte gesteld. Dit veranderingsproces en de aanpassingen in het toe te passen instrumentarium is nog in transitie.
De in het artikel genoemde trend naar specialisatie en concentratie vindt op meerdere terreinen plaats, in de vorm van bijvoorbeeld heupstraten, cataractstraten, inkoopcombinaties, ed. Ik verwacht dat deze trend doorzet, maar besef ook dat ziekenhuizen tijd nodig hebben voor deze transformatieslag.

Vraag 3
Onderschrijft u de constatering dat 60% van de werktijd van verplegers en werknemers verloren gaat aan bijvoorbeeld onnodige zaken en dubbel werk?

Antwoord 3
Bij het invoeren van best practices in ziekenhuizen (werken zonder wachtlijst, OK oké, mammapoli, ed.) wordt, zoals ondermeer in Sneller Beter aangetoond, de organisatie van het zorgproces vaak fundamenteel veranderd. Een samenhangende set van organisatieveranderingen wordt doorgevoerd waarbij verpleegkundigen meer tijd voor de intake en daarbij behorende registratie krijgen, de dokter minder vaak gestoord wordt, de ICT er voor zorgt dat gegevens snel beschikbaar zijn en niet dubbel ingevoerd hoeven te worden, etc. De zorg wordt hiermee veiliger, klantgerichter, maar bovenal ook efficiënter georganiseerd. Zoals ik in antwoord op de vorige vraag heb aangegeven, krijgen ziekenhuizen een toenemend belang om de zorg naar het voorbeeld van deze best practices te organiseren, niet in het minst gezien de op middellange termijn te verwachten toenemende zorgvraag en navenante tekorten aan personeel.

Vraag 4
Deelt u de mening dat het niet wenselijk is dat ziekenhuizen zich op slechts enkele gebieden gaan specialiseren omdat patiënten dan veel verder moeten gaan reizen en dus de toegankelijkheid van de ziekenhuizen daarmee ernstig in het geding komt? Zo ja, kunt u garanderen dat alle medisch specialistische zorg beschikbaar blijft in alle circa honderd ziekenhuizen in ons land? Zo nee waarom niet?

Antwoord 4
Uit kwaliteits- en/of efficiëntieoverwegingen kan het nodig zijn dat ziekenhuizen zich op enkele gebieden specialiseren. Meestal betreft die specialisatie niet de basiszorg. Dit zou voor een deel van de bevolking kunnen betekenen dat zij langer moeten reizen voor medisch specialistische zorg. Ik ben het echter niet met u eens dat hiermee de toegankelijkheid van de ziekenhuizen ernstig in het geding komt. Het gaat hier meestal om electieve zorg die goed planbaar is. Voor de bereikbaarheid van spoedeisende hulp heb ik met de WTZi-beleidsregels inzake de bereikbaarheid van spoedeisende hulp binnen 45 minuten en de regelgeving inzake het regionaal overleg acutezorgketen belangrijke instrumenten in handen om de bereikbaarheid van spoedeisende hulp te kunnen blijven garanderen.