Interview met minister-president Balkenende over het nieuwe verdrag voor de Europese Unie

Tijdens de Europese Top op 21 en 22 juni 2007 hebben staatshoofden en regeringsleiders afspraken gemaakt over een nieuw verdrag voor de Europese Unie. Na afloop van het debat in de Tweede Kamer hierover op 27 juni, gaf minister-president Balkenende een reactie.

Interviewer:
'Meneer Balkenende u heeft zojuist met de kamer gedebatteerd over de uitkomst van de Europese top. Tijdens die top is besloten dat de Europese Unie een nieuw verdrag krijgt, waarom heeft Europa een nieuw verdrag nodig?'
Minister-president Balkenende:
Het Europa van nu, een Europa van 27 lid-staten is niet meer hetzelfde als een Europese Unie van vijftien lidstaten. Dus je moet zorgen dat Europa effectief kan opereren, dat het democratisch is, dat het transparant is. Ja en als je die groei gezien hebt van de Unie dan moet je zaken aanpassen en daarom is een verdragswijziging absoluut noodzakelijk.
Interviewer:
'Wat zijn de belangrijkste verschillen tussen het grondwettelijk verdrag en het nieuwe verdrag dat er komt?'

Minister-president Balkenende:
Het is geen grondwet meer. Dit is een normaal wijzigingsverdrag. We hebben het in het verleden ook vaak gedaan, u kent wel
termen als het verdrag van Amsterdam, het verdrag van Maastricht of dat van Nice dat zijn allemaal verdragen waarin bestaande verdragen van de Unie werden aangepast en dat willen we nu ook doen, terwijl de grondwet waar we het twee jaar geleden
over hadden was heel wat anders. Dat was het idee van staatsvorming, van een grondwet, iets totaal nieuws. Dat heeft tot nogal wat ongenoegen geleid.

Interviewer:
'Over welk punt heeft u het hardst moeten onderhandelen in Brussel?'

Minister-president Balkenende:

Dat was het punt van de rol van de nationale parlementen. Dat is buitengewoon moeilijk er was weinig steun voor, maar wij vinden
het van belang dat ook de nationale parlementen kunnen zeggen van, nou dat is nu een onderwerp dat hoort wel of niet in Brussel en Straatsburg te worden geregeld. En als nu een een meerderheid van de nationale parlementen zegt dit is eigenlijk iets dat op nationaal niveau geregeld behoort te worden, dan moet dat gevolgen kunnen hebben. Nou dat onderwerp heb ik aan de orde gesteld en uiteindelijk is het gelukt.

Interviewer:

'Wat vindt u van de oproep van een aantal partijen om weer een referendum te houden over een nieuw verdrag?'

Minister-president Balkenende:

De afspraak is gemaakt in het coalitieakkoord. Daarin hebben we gezegd we willen eerst een goed inhoudelijk resultaat. We willen
dat er een ander verdrag komt, iets dat echt anders is dan de grondwet van een paar jaar geleden. Toen hebben we ook gezegd, dan gaan we vervolgens advies vragen aan de Raad van State en dan zullen we vervolgens kijken hoe we dan er verder
mee omgaan. Het is gewoon te vroeg om deze vraag te kunnen beantwoorden.

Interviewer:

'Als er straks een nieuw verdrag is dan kan de Europese Unie zich weer gaan richten op andere zaken, wat zijn wat u betreft
prioriteiten voor de Unie in de toekomst?'

Minister-president Balkenende:

Wat ik heel belangrijk vind voor de toekomst van de Europese Unie dat is zaken zoals klimaatverandering. Wat kan Europa bijdragen
aan meer duurzaamheid? Het thema energie we hebben elkaar echt nodig in Europa. We zijn echt van elkaar afhankelijk en dan heb je ook een Europese Unie nodig. En bijvoorbeeld het thema veiligheid, wij kunnen niet zonder elkaar om Europa veiliger te maken.