Toespraak van staatssecretaris Aboutaleb van Sociale Zaken en Werkgelegenheid bij de opening van het Werkplein Nieuwe Waterweg in Schiedam op woensdag 6 juni 2007

Dames en heren,

We zijn hier vandaag in een regio met grote ambities. Een regio met de grootste haven ter wereld en dus met grote kansen. Ambities en kansen die allemaal gericht zijn op één kernbegrip: verbinding. Verbinding, hier in Schieveste, tussen woningen, scholen en bedrijven, bij een knooppunt van treinen, bussen, metro en snelweg. Verbinding in dit bedrijfsverzamelgebouw tussen kantoren en woningen - en in het Werkplein tussen alle instanties die zich inzetten voor werk, scholing en werkervaring. CWI, UWV en gemeenten bieden gezamenlijk een meerwaarde.

U, partners op het werkplein laten hiermee zien dat u in staat bent tot inspirerende vernieuwing. Dat is goed, want de oplossingen en nieuwe kansen liggen in de regio. Kansen die ontstaan door het leggen van nieuwe dwarsverbanden en het sluiten van nieuwe allianties. Zeker ook op mijn terrein, de sociale zekerheid of, wat ik liever zeg: de participatie. Nog maar een paar dagen geleden heb ik hiervoor een ambitieus contract afgesloten met de VNG. We hebben een paar heel concrete afspraken met elkaar gemaakt. 75.000 mensen die nu nog een uitkering hebben gaan we aan een baan helpen. 25.000 mensen die zonder uitkering thuis zitten, gaan we aan werk helpen. We geven een extra impuls aan de strijd tegen armoede. En we gaan, juist ook bij kwetsbare groepen, het ondernemerschap stimuleren.

Een ambitieus contract, maar het wordt natuurlijk alleen een succes als de gemeenten zich daar voluit voor inzetten. Die belangrijke taak –mensen aan het werk helpen- ligt grotendeels bij de gemeenten en niet in Den Haag. De gemeenten zijn ook dief van hun eigen portemonnee als zij dit niet oppakken. En erger nog, ze laten de inwoners van de eigen gemeente in de steek. Natuurlijk staan de gemeenten er niet alleen voor, maar samen met CWI en UWV – en samen met sociale partners, woningcorporaties, kamers van koophandel en opleidingsinstituten. ROC’s zouden in moeten spelen op de regionale arbeidsmarkt en wat van hun autonomie moeten opgeven.

De samenwerking is van cruciaal belang. Het resultaat staat of valt, om het kort te zeggen, met de vraag of de wethouders sociale en economische zaken een beetje pit in het lijf hebben en lef durven tonen. Stevige, ambitieuze wethouders kunnen van dit akkoord een succes te maken. Op hen doe ik dan ook een dringend beroep. Het is aan u om allianties te smeden met iedereen in de regio die kan helpen met het klaren van deze klus. Vraag en aanbod succesvol bij elkaar brengen. Zicht krijgen op de echte vraag van werkgevers en ondernemers – de vraag van nu, maar ook die van straks. Het is aan u om bekende en nieuwe partners enthousiast te maken, te stimuleren en tot onorthodoxe oplossingen te brengen. U heeft niet altijd de formele bevoegdheid, maar u heeft als het goed is wel het gezag en het vertrouwen. Het is niet altijd makkelijk – daar hoeft u mij als ex-wethouder niets over te vertellen. Opleidingsinstituten bij voorbeeld, zoals de ROC ‘s, houden er niet zo van als de wethouder van economische of sociale zaken zich met hen bemoeit. Maar met gezag en vertrouwen kunt u hen vast overtuigen. Want beroepsopleidingen zijn er voor om mensen op te leiden voor een vak, niet voor werkloosheid. Want de belangrijkste reden waarom mensen moeilijk aan het werk komen, is omdat hun kennis en vaardigheden niet aansluiten bij de behoefte van de werkgevers. Dat kan en mág niet gebeuren, als we zo veel vacatures hebben.

De gemeenten kunnen kiezen voor een activistische benadering via Workfirst. Over fraudebestrijding en huisbezoeken wil ik het volgende zeggen: als de leefvorm van mensen bepalend is voor de hoogte van de uitkering, moet de overheid daarop kunnen controleren. Desnoods passen we de wetgeving aan.

Dames en heren,

Dit kabinet heeft besloten een scherpe norm te stellen bij de uitkeringen aan jongeren. Dat doe ik als sociaaldemocraat uit volle overtuiging. Iemand van 21 jaar hóórt geen bijstandsuitkering te krijgen. Ik zag dat in deze regio bijna acht procent van de werkzoekenden jonger is dan 24. Voor deze jongeren, tot de grens van 27 jaar, bestaan er voortaan echt nog maar twee opties: leren of werken. Dat verkondig ik hier niet plichtmatig, alleen omdat het kabinetsbeleid is. Ik zeg u dit omdat het uit mijn hart komt. Toen ik wethouder was in Amsterdam heb ik die norm zélf al ingesteld, zonder dat het landelijk geregeld was. Ik geef liever 20.000 € uit aan de opleiding van een jongere, dan 12.000 aan zijn uitkering. Want wie op z’n 21ste in de bijstand komt, komt er niet meer uit. Die krijgt als het ware levenslang. Dit kabinet zet in op participatie. Op werk als middel om mee te doen in de samenleving – en dat is meer dan alleen geld verdienen. Maar participatie kan ook liggen in scholing, in onderwijs. Er was kritiek op ons voorstel om alleenstaande ouders met jonge kinderen, jonger dan vijf jaar, vrij te stellen van de plicht om te solliciteren. Ik sta volledig achter deze gedachte. Want wie in z’n eentje kleine kinderen moet opvoeden, moet daar de ruimte voor krijgen. Maar er is ook één voorwaarde: je moet in die periode wél een opleiding volgen. Beschouw het als een vorm van uitgestelde participatie. Ofwel je leert zoveel bij, dat je na deze periode wél voldoende bent opgeleid. Ofwel je houdt de kennis die je hebt goed op niveau en actueel. In beide gevallen ben je, als de kinderen groter zijn, meteen weer goed gekwalificeerd om aan de slag te gaan.

Tot slot, Er zijn ook mensen die niet mee kunnen doen. En die tot over hun oren in de schulden zitten. Een ware molensteen. Ik vind dat onze aandacht ook uit moet gaan naar de oorzaken van die schulden. Binnenkort hakken we knopen door over de keteninrichting. Wat hier gebeurt is slechts een voorportaal van wat ons nog te wachten staat in de begeleiding naar werk. Waar het voor de gemeenten de komende tijd om gaat is het zoeken van stimulerende verbindingen, creatieve coalities. Daarmee kunt u elkaar uitdagen om oplossingen te bedenken. En u kunt de mensen die werk zoeken uitdagen om aan de slag te gaan. Wat ik u te bieden heb, in deze spannende regio, is mijn steun bij de stevige taak die u wacht. De taak om uw bijdrage te leveren aan de opdracht om in Nederland in de komende vier jaar 100.000 mensen aan werk te helpen.