Perinatale Audit

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

CZ-CB-U-2765854

13 juni 2007

Tijdens het debat met uw Kamer van 16 februari 2006 over de perinatale sterfte is de motie Kant aangenomen (TK 29 323, nr. 24). In deze motie wordt de Regering verzocht om voor 1 juli 2006 te komen met een plan van aanpak voor de implementatie van de perinatale audit. In augustus 2006 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de gefaseerde invoering van de audit.

In oktober van het vorige jaar heeft mijn voorganger aangegeven dat het resultaat van het onderzoek door het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) naar de vorm waarin de perinatale audit uitgevoerd kan worden, eind 2006 werd verwacht. Partijen hebben toen aangegeven een eerdere rapportagedatum dan eind 2006 niet mogelijk te achten en het onderzoek van het RIVM niet te willen forceren. Vanwege het belang dat wordt gehecht aan een zorgvuldige uitvoering van de opdracht van het RIVM – ook door de betrokken partijen – bevindt het eindrapport zich eerst nu in de afrondende fase.

Voordat er een audit op of landelijk of regionaal niveau kan worden uitgevoerd, dient eerst aan een aantal randvoorwaarden (ICT-ondersteuning, juridische aspecten, organisatie van een landelijk bureau) te worden voldaan. Op basis van de uiteindelijke rapportage wordt een plan tot implementeren van de perinatale audit opgesteld. Wat de financiële ondersteuning betreft, zal ik dit meenemen in de voorbereidingen op de Begroting VWS 2008.

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

dr. A. Klink