Uitreiking Veilig Ondernemenprijs 2007
Toespraak minister Hirsch Ballin van Justitie bij de uitreiking van de Veilig Ondernemenprijs 2007 op het 2e Congres Veilig Ondernemen op 24 mei 2007 in Ede.
Dames en heren,
Veilig Ondernemen staat op veel manieren in de belangstelling. Dat blijkt vandaag uit uw deelname aan deze bijeenkomst. Dat bleek gisteren in een overleg in de Tweede Kamer dat ik samen met de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties mocht voeren. Alle Kamerleden benadrukten in dat overleg het belang van blijvende aandacht voor veilig ondernemen. En die aandacht is wat mij betreft verzekerd.
Er is reden voor optimisme en inspiratie. Want voor het derde opeenvolgende jaar is de criminaliteit die het bedrijfsleven treft, flink gedaald. Volgens de begin dit jaar gepubliceerde Monitor Criminaliteit Bedrijfsleven zakte tussen 2004 en 2006 het aantal diefstallen:
o met 20% in de detailhandel
o met 33% in de horeca
o met 41% in de transportsector
o en met 29% in de sector dienstverlening
- Volgens hetzelfde onderzoek verminderde de totale schade als gevolg van criminaliteit met zo'n 17% in vergelijking met 2004.
- Ook het aantal inbraken kromp sterk. Variërend van 14% in de bouw tot maar liefst 31% in de detailhandel.
- Wat toenam was het aantal ondernemers dat in 2006 tevreden was over de politie. Dat steeg in bijna alle onderzochte sectoren.
Wat mij betreft mogen we best even stilstaan bij deze mooie resultaten. Want dit soort positieve en inspirerende boodschappen krijgt over het algemeen weinig aandacht.
Laten we daarbij vooral niet vergeten dat een groot deel van dit succes voor rekening komt van lokale ondernemers en lokale overheidsfunctionarissen. Veilig ondernemen wordt vooral daar, met de voeten in de klein, gerealiseerd. Ik denk dan aan de letterlijk honderden winkelcentra, bedrijventerreinen en horecagebieden die door gezamenlijke inspanning veiliger zijn geworden. Het is ook daar dat de publieke en private partijen elkaar beter leren kennen. Begrip bij de politie voor de vele investeringen in preventie die het bedrijfsleven al pleegt. En begrip bij ondernemers voor de beperkte capaciteit van politie en Justitie.
Van de positieve berichten wordt uiteraard niet iedereen blij. Zeker niet wanneer je als ondernemer pas slachtoffer bent geworden van een overval, of net een klap hebt gekregen van een ongeduldige klant. Ik kan me voorstellen dat je dan weinig oog hebt voor gunstige statistieken. Dan telt alleen de misdaad waar je zelf mee geconfronteerd werd. Elke misdaad is er immers één te veel. En laten we wel wezen, de mooie cijfers kunnen niet verbloemen dat het bedrijfsleven jaarlijks nog altijd last heeft van zo'n 1,3 miljoen diefstallen - waarbij de totale schade een half miljard euro bedraagt.
Om die reden zet het kabinet zich sterk in voor veilig ondernemen, mede in het kader van het bredere project “Veiligheid begint bij voorkomen". Daartoe wordt deze zomer nog - samen met de andere publieke en private partners - een nieuw Actieplan Veilig Ondernemen ondertekend. Daarin zullen we de lat opnieuw hoger leggen. Alleen zo kunnen we winst blijven boeken. In dit nieuwe Actieplan komen in ieder geval projecten gericht op:
- veiligheid in de bouw
- veiligheid in de ambulante handel (lees: markten)
- en veiligheid in de detailhandel
Daarnaast komen er projecten gericht op de minder zichtbare vormen van criminaliteit. Vooral de opkomst van internet heeft immers geleid tot een ware explosie van niet acceptabele praktijken. Praktijken die het elementaire vertrouwen aantasten dat burgers en ondernemers moeten hebben in zakelijke transacties. Te vaak komen er de laatste jaren geluiden vanuit het bedrijfsleven over spookadvertenties, spookfacturen, acquisitiefraude en andere vormen van oplichting, bedrog en fraude. Daar gaan we wat aan doen in een project financieel-economische criminaliteit en in een door MKB-Nederland te leiden project over acquisitiefraude.
Deze projecten zullen zo veel mogelijk gelijktijdig inzetten op een combinatie van preventieve, bestuurlijke en strafrechtelijke maatregelen. Daarbij is een gelijkwaardige inzet van alle betrokken publieke en private partners essentieel.
De projecten van het nieuwe Actieplan Veilig Ondernemen moeten ook in samenhang worden gezien met andere initiatieven van dit kabinet.
Veiligheid kan immers niet los worden gezien van een goede opvoeding, voldoende werk en scholing en het in goede banen leiden van de vrijetijdsbesteding. Al deze aspecten dragen gezamenlijk bij aan een samenleving waar het leefbaar is, waar het veilig vertoeven is en waar men veilig kan ondernemen.
Het kabinet zal zich uiteraard ook blijven inzetten voor al bewezen effectieve aanpakken van onveiligheid. Ik denk daarbij vooral aan de succesvolle veelplegeraanpak, waarbij daders van veel kleinere of minder ernstige misdrijven voor langere tijd uit de samenleving verwijderd worden.
Uiteraard wordt ook ingezet op voortzetting en bestendiging van het succesvol gebleken Keurmerk Veilig Ondernemen, de Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan en het Keurmerk Veiligheid van Transport en Logistiek Nederland.
Ondanks mijn optimistische boodschap past ook een woord van waarschuwing. Er zal een flinke inspanning nodig zijn om de successen op het terrein van veilig ondernemen van de afgelopen jaren te kunnen evenaren. Immers, hoe dichter bij de top, hoe steiler het pad. Nu al zien we in sommige sectoren het tempo waarin de criminaliteit afneemt, teruglopen. Anders gezegd, de “quick wins” op het terrein van veilig ondernemen hebben we gehad. We zijn nu aangekomen op een weerbarstiger deel van de route, een traject dat van de publieke en private ondernemers iets extra’s vraagt. Het is dan ook niet voor niets dat ons congres vandaag de titel Werk in Uitvoering heeft meegekregen.