De Nationale Apotheek

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

GMT-CB-U- 2772684

24 mei 2007

De griffier van de vaste Commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft mij bij brief van 21 mei jl. verzocht om, nog vóór het algemeen overleg geneesmiddelenbeleid van 24 mei as., te reageren op een brief van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP) aan mij over de Nationale Apotheek.nl .
Ik voldoe graag aan dit verzoek.

In mijn reactie wil ik nadrukkelijk mijn antwoorden betrekken die ik zeer onlangs (18 april 2007) heb gegeven op Kamervragen van de leden Gerkens en Kant (beiden van de SP) over de Nationale Apotheek.nl. In die antwoorden komen immers een aantal aspecten aan de orde die de KNMP in haar brief aanroert .

In de bedoelde antwoorden heb ik aangegeven dat ik initiatieven toejuich waardoor de patiënten meer keuzemogelijkheden krijgen en die tot meer service en lagere uitgaven voor de zorg kunnen leiden. Voorwaarde is wel dat de kwaliteit van de geneesmiddelenvoorziening is gegarandeerd. In die zin steun ik de samenwerking van Zorgverzekeraar CZ en de Nationale Apotheek.nl.

Apotheken die (tevens) gebruik maken van internet, spelen in op een behoefte bij de patiënten en verzekerden. Zij richten zich met name op het thuis afleveren van de chronische medicatie. Enerzijds is dit “planbaar” en anderzijds heeft de patiënt niet altijd behoefte aan extra informatie van de apotheker (ten opzichte van de informatie in de bijsluiter), omdat deze informatie hem al bekend is.

CZ geeft de verzekerden precies aan wat zij wel en niet kunnen verwachten van de dienstverlening van deze specifieke apotheek en van de overige apotheken die door CZ zijn gecontracteerd. Zo biedt CZ de verzekerden die daar prijs op stellen de gelegenheid om via de Nationale Apotheek.nl bepaalde geneesmiddelen te bestellen. Daarbij ontvangen zij als incentive euro 4,= per receptregel. Dit is mogelijk omdat een lager tarief is overeengekomen met de Nationale Apotheek.nl. dan het huidige maximumtarief. Kortom de verzekerde maakt door het bestellen bij de Nationale Apotheek.nl een weloverwogen keuze en weet wat hij kan verwachten.

Voor apotheken die gebruik maken van de mogelijkheden van internet, gelden dezelfde kwaliteiteisen als voor apotheken die dat niet doen. De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) houdt toezicht op alle apotheken om de veiligheid en de kwaliteit van de geneesmiddelenvoorziening te bewaken. De IGZ houdt eveneens toezicht op de regionale organisatie en toegankelijkheid van de acute zorg, waaronder de geneesmiddelenvoorziening bijvoorbeeld door middel van dienstapotheken. Aan de organisatie en de toegankelijkheid van de acute zorg verandert niets door het opstarten van de internetwerkzaamheden van de Nationale apotheek.nl. Ook blijven zorgverzekeraars verantwoordelijk voor de toegankelijk-heid van de zorg voor hun verzekerden, waaronder de (acute) farmaceutische zorg.
Zij maken daarover afspraken in hun contracten met apothekers.

Het is ondermeer daardoor niet zo dat elke apotheek alle diensten en elk geneesmiddel op ieder moment van de dag en nacht zou moeten kunnen leveren. Zo zijn er apotheken die zelf geneesmiddelen bereiden en zijn er apotheken die dat niet (kunnen) doen. Als de patiënt maar toegang heeft tot deze eigen bereidingen voor zover die voor hem noodzakelijk zijn.
Hetzelfde geldt voor de openingstijden van een apotheek. Een apotheek hoeft niet 24 uur per dag geopend te zijn als de patiënten en verzekerden maar 24 uur per dag toegang hebben tot farmaceutische zorg, bijvoorbeeld ‘s nachts en in het weekeinde via dienstapotheken.

Over het aangehaalde onderzoek van de Consumentenbond kan ik kort zijn. Blijkens de brief van de KNMP gaat het over niet vergoede zelfzorggeneesmiddelen. De uitgaven voor deze geneesmiddelen belasten het budgettair kader zorg niet. Voor zelfzorgmiddelen gelden geen wettelijke prijzen of tarieven en deze geneesmiddelen zijn niet alleen bij apotheken verkrijgbaar. Kort gezegd: daar moet en doet de markt zijn werk. Voor zover “internet”-apotheken zelfzorggeneesmiddelen tegen te hoge prijzen (thuis) afleveren zullen zij zich uiteindelijk uit de markt prijzen.

De opmerking dat CZ in strijd met het Geneesmiddelenconvenant zou handelen kan ik niet goed plaatsen. In het Geneesmiddelenconvenant is immers geen beperking opgenomen om met nieuwe apotheken te contracteren ten einde de keuzevrijheid van de verzekerden te vergroten. Daarnaast merk ik op dat het fenomeen “internet”-apotheek vooralsnog van beperkte omvang is en dat “internet”-apotheken nu juist landelijk werken en niet puur plaatselijk of regionaal. Hierdoor zijn eventuele financiële effecten van toegenomen concurrentie omdat er meer apotheken zijn gecontracteerd, uitermate beperkt indien al meetbaar bij individuele apotheken.

In het kader van het Geneesmiddelenconvenant is een procedure afgesproken over het monitoren en melden van de effecten van lokale afspraken tussen apotheekhoudenden en zorgverzekeraars. Ik zal de melding van de KNMP nader bezien en nagaan of een en ander aanleiding kan geven om hierover in convenantverband een gesprek te voeren.

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

dr. A. Klink