Kabinet ziet vooral kansen voor samenwerking in Europees Groenboek
Vandaag heeft de ministerraad het Nederlandse standpunt met betrekking tot het Groenboek Europees Maritiem Beleid vastgesteld. Het Groenboek is in juni 2006 uitgebracht en pleit onder meer voor een meer integrale Europese benadering van maritieme aangelegenheden. De Europese Commissie zoekt in het Groenboek naar een balans tussen de groei van de Europese economie, sociale aspecten en het duurzame gebruik van de zee. Het kabinet geeft in het standpunt aan dat het voordelen en kansen ziet in meer samenwerking en afstemming op maritiem gebied. Dit zou volgens het kabinet vooral moeten worden bevorderd met praktisch georiënteerde acties en nieuwe werkwijzen, en niet zozeer met nieuwe initiatieven voor Europese regelgeving.
Het Groenboek is opgesteld nadat de Europese Commissie begin 2005 besloot een visie te ontwikkelen op de toekomst van de Europese zeeën. Na het uitbrengen van het Groenboek in juni 2006 werd één van de grootste consultatieprocedures uit de geschiedenis van de EU georganiseerd: alle lidstaten kregen tot juni 2007 de tijd om hun mening te geven over het Groenboek. Het kabinet heeft Nederlandse betrokken organisaties en maatschappelijke groeperingen gevraagd naar hun visie op de inhoud van het Groenboek. De uitkomst van deze landelijke consultatie is een belangrijke bouwsteen geweest voor het nu uitgebrachte kabinetsstandpunt.
Een kernvraag die in het Groenboek wordt gesteld is of Europa zich een versnipperd beleid voor onze zeeën en oceanen kan veroorloven. Wordt het geen tijd voor een echt geïntegreerd maritiem beleid waarbij niet alleen het onbenutte potentieel voor economische groei en werkgelegenheid wordt aangesproken, maar ook de bescherming van het mariene milieu wordt versterkt? Zo ja, hoe pakken we dat in Europa aan?
Het kabinetsstandpunt maakt duidelijk dat Nederland zonder meer instemt met de hoofddoelstelling van het Groenboek: het vinden van een goede balans tussen economische groei en werkgelegenheid in de maritieme sector en het behouden van de ecologische waarde van de Europese kust- en zeegebieden. Het vinden en behouden van zo’n balans is al een aantal jaren hoofdbestanddeel van het Nederlandse beleid voor de zee- en kustgebieden. Daarom ziet Nederland het Groenboek ook als steun aan de Nederlandse benadering van maritieme aangelegenheden.
Om te komen tot een goede balans acht Nederland de zogenaamde ecosysteembenadering een goede basis. Hierbij wordt bij het gebruik van de zee door de mens rekening gehouden met het behoud van het ecosysteem. Daarnaast denkt Nederland onder meer aan het verbeteren van de coördinatie en afstemming van maritiem beleid binnen de Europese Commissie zelf. Ook is het volgens het kabinet van belang dat tegenstrijdigheden in Europese regelgeving worden weggewerkt. Nederland wil verder onder meer graag belemmeringen voor de kustvaart wegnemen en illegale visserij terugdringen. Tevens ziet het kabinet mogelijkheden in een sterkere internationale samenwerking, zowel tussen EU-landen als met niet-EU landen.
Nederland is nadrukkelijk géén voorstander van een Europese aanpak op het gebied van kustverdediging, ruimtelijke planning en marktordening van zeehavens. Ook benadrukt het kabinet dat nieuwe Europese maritieme regelgeving ongewenst is.
Het kabinetsstandpunt wordt nu aan de Tweede Kamer voorgelegd en vervolgens in juni aangeboden aan de Europese Commissie. Naar verwachting maakt de Europese Commissie in de tweede helft van 2007 vervolgstappen bekend.
EU-voorzitter Duitsland organiseert van 2 t/m 4 mei in Bremen een Europese conferentie over het Groenboek. Tineke Huizinga, staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, geeft tijdens deze conferentie een presentatie over het Nederlandse consultatieproces.
Kijk voor meer informatie op de website van het noordzeeloket