Ter Horst: rampenbestrijding Kennemerland moet snel op orde
Minister Ter Horst van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wil dat de regio Kennemerland uiterlijk 1 januari 2008 de organisatie van de rampenbestrijding op orde heeft. Vanaf die datum is Kennemerland ook verantwoordelijk voor de rampenbestrijding in de gemeente Haarlemmermeer (inclusief de luchthaven Schiphol). Momenteel voldoen zowel de operationele als de gemeentelijke processen niet aan de minimale basisnormen. Dit baart de minister zorgen.
Dit schrijft de minister aan de regio Kennemerland in reactie op de bevindingen van de Inspectie openbare orde en veiligheid (IOOV). De IOOV heeft een nulmeting in de regio uitgevoerd als onderdeel van het project “territoriale congruentie”. In maart 2006 heeft het kabinet besloten de gemeente Haarlemmermeer (inclusief Schiphol) in te delen bij de regio Kennemerland. Bij de doorlichting is gekeken naar de voorbereiding van de rampenbestrijding in de regio Kennemerland en de gemeenten Bloemendaal, Haarlem en Velsen. De minister heeft de brief en het inspectierapport vandaag aan de Tweede Kamer gestuurd.
Op basis van de eerste bevindingen van december vorig jaar hebben de partijen (de veiligheidsregio’s Kennemerland en Amsterdam-Amstelland en de gemeente Haarlemmermeer) hun gezamenlijke Plan van Aanpak voor de overgang van Haarlemmermeer naar Kennemerland aangepast. De inspectie vindt dat de regio goed op weg is.
Momenteel kan de regio een ramp op niveau 1 van de Leidraad Maatramp niet aan, een minimumniveau waar elke regio standaard aan moet voldoen. De regio heeft aangegeven, dat ze in de tweede helft van 2008 maatrampniveau 2 aan wil kunnen. Deze ambitie was geformuleerd voor bekend werd dat ook Haarlemmermeer – en dus Schiphol – bij de regio zou komen. De minister vertrouwt erop dat de regio haar ambitieniveau zodanig zal bijstellen, dat op de overgangsdatum tenminste een ramp op Schiphol op een gelijkwaardig niveau bestreden kan worden, zoals bij de huidige regio-indeling het geval is.
De minister wil van de regio op korte termijn een versterkingsplan. In juni wil de minister een bestuurlijk overleg met de regio om afspraken te maken hoe de versterking wordt vormgegeven. Dan zal ook bekeken worden hoeveel geld het ministerie beschikbaar stelt, en waarvoor.