Arbeidsongeschiktheidsuitkeringen opnieuw vastgesteld na uitspraak rechter

De arbeidsongeschiktheidsuitkeringen van bijna 37.000 mensen die volgens nieuwe normen zijn beoordeeld en meer werken dan 38 uur per week, worden opnieuw vastgesteld. Dit heeft minister Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid laten weten in antwoord op vragen van Tweede Kamerleden Ulenbelt (SP) en Heerts (PvdA). De bewindspersoon zal de regels aanpassen in reactie op de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 2 maart 2007. De Raad vindt dat de beoordeling (van de mate) van arbeidsongeschiktheid moet zijn gebaseerd op het werkelijke aantal uren en inkomen. Sinds het nieuwe Schattingsbesluit in 2004 werd ingevoerd is de beoordeling gebaseerd op maximaal 38 uur.

Het oordeel van de Centrale Raad van Beroep betekent dat vanaf het moment van die uitspraak de maximering vervalt. Het besluit wordt teruggedraaid voor mensen die daartegen een bezwaar of beroep hebben lopen. Het nieuwe besluit geldt vanaf de datum van de oorspronkelijke beoordeling.
Ook mensen die geen bezwaar of beroep hebben lopen, kunnen opnieuw hun arbeidsongeschiktheid laten vaststellen. Zij kunnen dan een gewijzigde uitkering krijgen. De nieuwe vaststelling moet zo min mogelijk last opleveren. Daarom heeft de minister het UWV gevraagd de nieuwe uitkering op basis van de beschikbare dossiergegevens vast te stellen. Dit gebeurt waar mogelijk zonder nieuwe beoordeling. De eventuele nieuwe uitkering gaat in vanaf de datum van de rechterlijke uitspraak.

De maximering heeft betrekking ongeveer 30.000 mensen in de WAO en een kleine 7.000 in de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), de opvolger van de WAO. Minister Donner verwacht dat bij 30 tot 50 procent van de betrokkenen de uitkering omhoog zal gaan.