‘Besteed aandacht aan weerbaarheidstrainingen, opvoedingsondersteuning en kennisuitwisseling.’
Minister Ter Horst is goed bekend met de wijk Slotervaart. Ze heeft er zelf enkele jaren gewoond. Op 16 april bracht de minister een werkbezoek aan dit Amsterdamse stadsdeel. Het werkbezoek stond in het teken van het voorkomen en tegengaan van polarisatie en radicalisering (een proces van verscherping van maatschappelijke tegenstellingen – red.).
Stadsdeel Slotervaart telt 44.227 inwoners, van wie eenderde jonger is dan 25 jaar. Het percentage niet-westerse allochtonen ligt op 41 procent. Uit recent onderzoek van het Instituut voor Migratie en Etnische Studies (IMES) blijkt dat jongeren in Slotervaart vatbaar en toegankelijk zijn voor radicalisering. Bovendien komt een aantal leden van de Hofstadgroep uit Slotervaart. Stadsdeelvoorzitter Ahmed Marcouch heeft een actieplan polarisatie en radicalisering opgesteld voor Slotervaart. Op 18 april wordt dit actieplan ter besluitvorming voorgelegd aan de deelraad.
Samen met stadsdeelvoorzitter Ahmed Marcouch en politiek assistent Jean Fransman reed de minister een rondje door de haar bekende buurt. ‘Het voorkomen en tegengaan van polarisatie en radicalisering raakt vele beleidsterreinen, namelijk veiligheid en integratie, jeugdbeleid, huisvesting, werkgelegenheid en gezondheidszorg’, zei de stadsdeelvoorzitter. ‘Richt je niet alleen op het tegengaan van de uitingen van polarisatie en radicalisering, maar vooral ook op de onderliggende voedingsbodems.’
Na deze korte autorit werd de minister op deze tropische dag verwelkomd door een aantal dames van een voorlichtingscentrum voor vrouwen met kinderen. In een intieme setting (circa 30 personen in een kleine ruimte) sprak de minister met jeugdwerkers, een adjunct hoofd van een basisschool, sportbuurtwerkers, straatcoaches, de lokale imam en diverse vertegenwoordigers vanuit de deelraad en het stadsdeel.
De boodschappen die uit het gesprek naar voren kwamen, luiden als volgt: besteed aandacht aan opvoedingsondersteuning, kennisuitwisseling en weerbaarheidstrainingen van jongeren, ouders en professionals die met jongeren werken. Ook jonge kinderen (vanaf circa 8 jaar) zijn vatbaar voor polarisatie en radicalisering. Denk daar niet te lichtvaardig over. Maak onderscheid tussen ouders van de eerste generatie en de ouders die zelf in Nederland zijn geboren. Vooral de ouders van de eerste generatie hebben behoefte aan opvoedingsondersteuning. In mei stuurt minister Ter Horst het nationaal actieprogramma polarisatie en radicalisering naar de Tweede Kamer.