Toespraak staatssecretaris Bijleveld de ontvangst bij de Vertegenwoordiger van Nederland op Curaçao
"Geweldig dat u in zo’n grote getale hier bent gekomen. Ik heb al met verschillende van u gesproken en hoop dat straks voort te zetten.
Sinds 22 februari ben ik staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Zoals u al begrepen hebt, ga ik mij de komende jaren inzetten voor de staatkundige veranderingen in het Caribisch deel van het Koninkrijk. Maar ook de andere delen uit mijn portefeuille zijn natuurlijk van belang. Met name het samenwerkingsbeleid en de ondersteuning van NGO’s vind ik zeer belangrijk.
Ik ben blij na lange tijd weer terug te zijn op deze eilanden. Als Kamerlid was ik in het recente verleden al nauw betrokken bij de Nederlandse Antillen en Aruba. Zo maakte ik als Tweede Kamerlid deel uit van de Vaste Kamercommissie Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken. In die hoedanigheid ben ik ook verschillende keren op de eilanden geweest. Ik vind het oprecht leuk om hier weer te zijn!
Op mijn eerste dag heb ik al veel inspirerende gesprekken gevoerd met gouverneur Goedgedrag en uw premier, mevrouw Emily de Jongh-Elhage. Bemoedigend was ook mijn lunchgesprek met enkele vertegenwoordigers uit de Curaçaose samenleving. Ik ben blij dat zij hier vanavond ook weer zijn!
Indrukwekkend was de uitgebreide tour vanmiddag onder leiding van de heer Herman George van ‘Reda Sosial’. Zo hebben wij de opgeknapte wijk SintJago bezocht en ook drie achterstandswijken, een ontmoeting gehad met een groep ouderen en later op de middag een goede indruk gekregen van de naschoolse opvang op Curaçao.
Dit maakt voor mij heel concreet zichtbaar dat de zeven miljoen die Nederland recentelijk beschikbaar heeft gesteld aan het Land voor acute sociale problemen in de Nederlandse Antillen zeer goed besteed is en in goede handen is bij Reda Sosia en USONA.
Daarnaast sterkt deze dag mij ook in het uitgangspunt van het Nederlandse kabinet; in die zin dat de akkoorden die mijn voorganger vorig jaar en dit jaar heeft gesloten met de eilanden over staatkundige veranderingen en sociaal-economische ontwikkelingen wat mij betreft zo snel mogelijk moeten worden uitgevoerd.
Staatkundige veranderingen zijn immers geen doel op zich maar zullen leiden tot verbetering van de levensomstandigheden van de bewoners van de eilanden. Daarom zal Nederland volgens de afspraken in de akkoorden geld beschikbaar stellen voor schuldsanering zodat er ruimte komt op de begroting ten behoeve van goed onderwijs, kinderopvang, armoedebestrijding en vooral de versterking van de economie. Op lange termijn is een goed draaiende economie de beste waarborg voor welvaart.
Het Nederlandse kabinet heeft zich in het regeerakkoord er aan gecommitteerd de akkoorden uit te voeren. Met Sint Maarten, Bonaire, Sint Eustatius en Saba zijn in februari al goede afspraken gemaakt over de uitwerking. Ik hoop daarom dat Curaçao snel de aansluiting bij dit proces weer weet te vinden.
Ik vertrouw op een constructieve samenwerking met u allen. De gesprekken die ik vandaag heb gevoerd geven mij de energie om de komende jaren er vol voor te gaan; we zullen stevige gesprekken voeren maar met wederzijds respect en vertrouwen komen we altijd verder.
Tot slot, mijn directeur-generaal Koninkrijksrelaties en Bestuur, Leon van Halder, heeft de afgelopen dagen afscheid genomen van zijn relaties in de Nederlandse Antillen. Hij heeft per 1 april een andere functie binnen de Rijksoverheid.
Ik vind het jammer dat ik al zo snel afscheid van hem moet nemen. Te meer omdat in de korte tijd dat ik met hem heb gewerkt op dit dossier, zijn expertise en betrokkenheid opvielen.
Hij heeft een wezenlijke rol gespeeld bij het tot stand brengen van de akkoorden en de afgelopen jaren veel vrienden gemaakt op de Antillen. Hij kon altijd de juiste weg vinden omdat hij handelde vanuit respect en vertrouwen.
Ik heb begrepen dat hij juist daarom zeer werd gewaardeerd."