Onderzoeken naar praktijkkosten en inkoopvoordelen apotheekhoudenden met succes afgerond
Dit is een gezamenlijk persbericht van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa), Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP), de Landelijke Huisartsenvereniging (LHV), Zorgverzekeraars Nederland (ZN) en VWS.
Apothekers en apotheekhoudende huisartsen ontvingen in 2004 inkoopvoordelen van respectievelijk 16.5% en 17.8% van de inkoopwaarde van geneesmiddelen. Dit blijkt uit onderzoek van onderzoeksbureaus ConQuaestor B.V. en Significant B.V., uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).
Uit het onderzoek komt verder naar voren dat het totaal aan inkoopvoordelen in 2004 ongeveer euro 582 mln bedroeg, waarvan een deel via de zogenaamde clawback werd ingeleverd. De gemiddelde praktijkkosten voor apotheken (exclusief de personele kosten van de eerste apotheker), bedroegen in 2004 ongeveer euro 500.000 per apotheek. Dit betreft de kosten die direct herleidbaar zijn uit de financiële administratie van openbare apotheken. Een deel van deze kosten (euro 71.000) werd gedekt door inkomsten uit andere activiteiten dan de aflevering van receptgeneesmiddelen. De praktijkkosten van apotheekhoudende huisartsen, die nu gedeeltelijk uit de inkoopvoordelen worden gefinancierd, konden in het onderzoek niet worden vastgesteld.
Nu de resultaten van deze onderzoeken beschikbaar zijn, is een belangrijke drempel genomen op de weg naar een nieuw kostendekkend tariefsysteem voor apothekers en het verder afromen van bovenmatige inkoopvoordelen.
Aansturing van het onderzoek vond plaats door een begeleidingscommissie onder voorzitterschap van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) met vertegenwoordigers van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP), de Landelijke Huisartsenvereniging (LHV), Zorgverzekeraars Nederland (ZN) en het ministerie van VWS.