Antwoorden op kamervragen van Agema over vrees van sociale diensten
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
Z/VV-K-U-2750954
12 maart 2007
Antwoorden van minister Klink op de vragen van het Kamerlid Agema (PVV) over de vrees van sociale diensten dat zij per 1 juli aanstaande z'n 250.000 wanbetalers moeten opvangen die door de zorgverzekeraars op straat zijn gezet (2060707720).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht 1) dat de sociale diensten vrezen dat zij per 1 juli aanstaande zo’n 250.000 wanbetalers moeten opvangen die door zorgverzekeraars op straat zijn gezet en dat - wanneer iemand bijvoorbeeld anderhalf jaar geen zorgpremie heeft betaald - dat zonder rente en incassokosten zo’n 1800 euro schuld betekent?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat wanneer u niet weet hoeveel wanbetalers er zijn 2), u dus onvoldoende zicht hebt op de enorme problemen die er zijn met betrekking tot wanbetaling, waardoor geen adequate maatregelen zijn genomen en u dus nu medeverantwoordelijk bent voor deze problemen? Zo ja, wat gaat u eraan doen om die problemen effectief te bestrijden? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 2
Ik deel uw mening niet dat er onvoldoende zicht is op het fenomeen wanbetaling.
Mijn ambtsvoorganger heeft u over de stand van zaken geïnformeerd bij brief van 6 februari 2007 . Als basis voor die brief diende de informatie die Zorgverzekeraars Nederland op 26 januari 2007 had verstrekt, en die als bijlage aan uw Kamer is meegezonden.
Op 27 december 2006 is een voorstel van wet “Verzwaren incassoregime premie en andere maatregelen zorgverzekering” bij uw Kamer ingediend. Dit wetsvoorstel maakt onderdeel uit van een pakket aan maatregelen dat ten doel heeft het aantal mensen dat onverzekerd raakt als gevolg van royement wegens wanbetaling zo klein mogelijk te houden.
Zo hebben de zorgverzekeraars initiatieven ontwikkeld om wanbetalers tot een beter betalingsgedrag te bewegen, gedurende een traject van anderhalf jaar, waarin de betrokkenen niet worden geroyeerd. Een en ander is neergelegd in het “Protocol incassotraject wanbetalers Zorgverzekeringswet”.
Verder voorziet genoemd wetsvoorstel in het tijdelijk onmogelijk maken van opzegging van de zorgverzekering door een verzekeringnemer met premieschuld en vermelding door de zorgverzekeraar op het bewijs van uitschrijving dat de verzekeringnemer geen premieschuld heeft, indien deze aan alle betalingsverplichtingen heeft voldaan. Hierdoor worden zorgverzekeraars behoed voor een carrousel van wanbetalers, die van de ene naar de andere zorgverzekeraar overstappen met achterlating van onbetaalde premievorderingen.
Ten slotte wordt voorzien in een gedeeltelijke financiële compensatie van de door de zorgverzekeraars gederfde premie-inkomsten gedurende het incassotraject. Dit zal nader geregeld worden in de Regeling zorgverzekering.
Uit dit pakket aan maatregelen blijkt dat alle betrokken partijen zich bewust zijn van hun verantwoordelijkheden en er gezamenlijk naar streven om oplossingen te bewerkstelligen. Daarnaast zal er, zoals aangeven in het Coalitieakkoord, de komende periode gekeken worden naar de mogelijkheden om de zorgtoeslag niet aan de verzekerde uit te keren, maar die rechtstreeks over te maken aan de zorgverzekeraar ter delging van de premieschuld. Het is dus een voortdurend proces om de problemen te signaleren en er met de betrokken partijen oplossingen voor te zoeken.
Vraag 3
Deelt u voorts de mening dat het de grootst mogelijke spoed vereist om op een zo kort mogelijke termijn wel inzicht te hebben in de omvang van het aantal wanbetalers, te meer omdat zorgverzekeraar Zilveren Kruis al waarschuwt voor maar liefst 1 miljoen wanbetalers 3)? Zo ja, op welke termijn heeft u de cijfers en een plan van aanpak gereed? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 3
Ik heb het College voor zorgverzekeringen gevraagd om bij de zorgverzekeraars de informatie over het aantal wanbetalers en de omvang van de wanbetaling per 31 december 2006 op te vragen. Die informatie is naar verwachting half maart beschikbaar. Ik laat mij daarnaast regelmatig door Zorgverzekeraars Nederland informeren omtrent de ervaringen van de zorgverzekeraars.
Vraag 4
Deelt u de mening dat het initiatief van zorgverzekeraar Agis, die met zo’n veertig gemeentelijke sociale diensten contracten heeft gesloten, om de zorgpremie in te houden op de uitkering om zo te voorkomen dat mensen hun zorgpolis niet meer betalen, navolging verdient en dat alle zorgverzekeraars met alle gemeenten zulke contracten moeten afsluiten? Zo ja, bent u bereid dat te bevorderen? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 4
Mijn ambtsvoorganger heeft in december 2005 is het Rapport “Zorg verzekerd” van de Stuurgroep “Onverzekerden” aangeboden aan de Tweede Kamer. Dit rapport bevat een analyse van de mogelijkheden om tegen te gaan dat mensen onverzekerd zijn en doet een aantal aanbevelingen om dit te bewerkstelligen. Dit is toegelicht in de brief aan de Tweede Kamer van 13 december 2005 . De aanbevelingen behelsden onder meer het bevorderen van collectieve (aanvullende) verzekeringen voor bijstandsgerechtigden en andere sociale minima en het bewerkstelligen van een koppeling in gegevensbestanden zodat gemeenten automatisch geïnformeerd kunnen worden indien een bijstandsgerechtigde een gekwalificeerde betalingsachterstand heeft. In overleg met de betrokken veldpartijen (waaronder de Vereniging Nederlandse Gemeenten en Divosa namens de gemeentelijke sociale diensten) is vervolgens aan deze aanbevelingen uitvoering gegeven. Het is uiteindelijk aan de gemeenten en de zorgverzekeraars of zij afspraken willen maken in het belang van de verzekerde cliënten. De ervaring van het eerste jaar van de Zorgverzekeringswet leert inmiddels dat “best practises” op dit terrein breed navolging vinden. Inmiddels hebben 350 gemeenten collectieve contracten voor hun bijstandscliënten en/of andere minima gesloten.
Vraag 5
Hoeveel premie liepen de zorgverzekeraars sinds 1 januari 2006 als gevolg van wanbetaling mis, en werd daardoor afgewimpeld op de burgers die wel netjes hun premie voldoen?
Antwoord 5
Degenen, die nalatig zijn om de premie zorgverzekering te voldoen, worden getroffen door incassomaatregelen; hetzij door de zorgverzekeraar, hetzij door een door de zorgverzekeraar ingeschakelde incassopartner. Het traject van de incassomaatregelen duurt ten minste anderhalf jaar. Op dit moment is dan ook niet te zeggen of er al premies definitief als oninbaar moeten worden geboekt door wanbetaling. Voor het overige verwijs ik naar het antwoord op vraag 3.
1) De Telegraaf, 13 februari 2007
2) Begrotingsbehandeling Volksgezondheid, Welzijn en Sport, 18 januari 2007; Handelingen II, nr. 32, pag. 2110-2155, vergaderjaar 2006-2007
3) www.elsevier.nl, 9 augustus 2006