Niet zomaar stemmen met stempas van iemand anders
Kiezers kunnen niet zo maar stemmen met de stempas of oproepingskaart van iemand anders. Ten eerste is dit strafbaar. Ten tweede moeten stembureauleden controleren of de persoonsgegevens op stempas of oproepingskaart (geslacht/geboortedatum) overeenkomen met de persoon die ze voor zich zien. Daarbij gaat het erom dat die gegevens globaal overeenkomen. De voorzitter van een stembureau kan altijd een kiezer vragen zich te legitimeren.
Destijds is er bewust voor gekozen geen legitimatieplicht in te voeren bij verkiezingen. Dit om de drempel om te gaan stemmen zo laag mogelijk te houden. Niet iedereen beschikte over een legitimatiebewijs. Inmiddels is de legitimatieplicht in algemene zin ingevoerd en moet iedereen dus toch al beschikken over een legitimatiebewijs.
Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft de Kiesraad naar aanleiding van het ronselen van volmachten en stempassen bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2006 gevraagd om advies over het invoeren van de legitimatieplicht bij verkiezingen. In december heeft de Kiesraad naar aanleiding van de Tweede Kamerverkiezingen geadviseerd te komen tot een wettelijke legitimatieplicht, waarbij de raad opmerkte dat dit nooit zou kunnen worden ingevoerd voor de Provinciale Statenverkiezing 2007. Invoering van een legitimatieplicht vraagt onder meer om een wijziging van de Kieswet en dat kost tijd. Voorafgaande aan een dergelijke legitimatieplicht zijn gemeenten in een circulaire voor de Provinciale Statenverkiezingen er op gewezen dat de Kieswet niet in de weg staat van een instructie aan hun stembureauleden om altijd om legitimatie vragen. In februari heeft de Tweede Kamer de commissie Inrichting Verkiezingsproces onder leiding van Korthals Altes verzocht zich ook te buigen over de stempas en de veiligheid daarvan. Het advies van deze commisie - vóór 1 oktober van dit jaar - moet dus worden afgewacht.
Eventuele invoering van een legitimatieplicht zal bovendien moeten gebeuren in samenhang met de gehele herziening van het verkiezingsproces, zoals die zou kunnen volgen naar aanleiding van het advies van de commissie Korthals Altes.