Nieuwe bewindspersonen SZW willen betere verdeling van de koek
Donderdagavond werd in een televisieuitzending van de NOS het kabinet Balkenende IV gepresenteerd. Minister Donner en staatssecretaris Aboutaleb kregen een aantal vragen voorgelegd. Hier volgen enkele antwoorden:
Minister Donner: “Het is zaak de groei ten goede te laten komen aan de mensen die nu aan de kant staan.”
Als dit kabinet er vier jaar zit, zit u er dan ook ook nog in over vier jaar?
“Dat neem ik aan. Hoop ik”
Dus geruchten dat u tussentijds naar de Raad van State gaat verwijst u naar het rijk der fabelen?
“De vraag doet zich volstrekt niet voor. Je moet niet nu al proberen alles uit te sluiten, maar ik zie geen reden om niet vier jaar in dit kabinet te zitten.”
Is er voor u nog iets te doen na al die grote dingen die al door uw voorganger zijn gedaan?
“Er is een aantal knopen doorgehakt en een aantal belangrijke knelpunten uit de weg gewerkt. Dan is het nu de taak om de mogelijkheden die dat schept te pakken. We zitten met een geweldige economische expansie. Het zal zaak zijn er in de komende periode voor te zorgen dat de arbeidsmarkt niet het knelpunt wordt voor die groei en dat we tegelijkertijd de arbeidsmarkt zich zo kunnen laten ontwikkelen dat al die mensen die nu aan de kant blijven staan ingeschakeld kunnen worden. En dat mensen langer door werken.”
U denkt dat het u gaat lukken om de mensen die al langer aan de kant staan weer aan het werk te krijgen?
“Daar ga ik inderdaad van uit. We hebben een geweldig uitgangspunt met de groei die we nu meemaken. Dan is het zaak die ook ten goede te laten komen aan de mensen die nu aan de kant blijven staan.".
U bent een man van het recht. Bent u ook een man van de koopkrachtplaatjes? Dat is de wereld waarin u als minister van SZW gaat opereren.
“Ik heb niet de indruk dat de functie van minister van SZW zo plat is als een koopkrachtplaatje. Dat is één aspect van het werk. In de komende periode is de essentie: hoe schep ik de voorwaarden dat we niet weer komen te zitten met de vraag “Hoe verdelen we de koek?”, maar dat we in een situatie komen met een groeiende koek waarin iedereen een groeiend aandeel heeft.”
De Geus is meermalen naar de kamer geroepen omdat de koopkrachtplaatjes en de puntenwolken niet klopten. En dan had hij heel wat uit te leggen. Kunt u daarmee overweg?
“Ik heb een beta-opleiding. En dan zal de Kamer ontdekken dat ik ook dat kan uitleggen. Uiteindelijk is dat niet zo wezenlijk anders dan een rechtsregel en alle afwijkingen van het recht. Dat is ook een puntenwolk."
U vindt het bijkomend ongerief, dat gedoe over die puntenwolken?
“Nee, die vragen over het inkomen zijn wezenlijk om te beoordelen wat globaal het effect is van het regeringsbeleid, maar je moet niet vast blijven zitten in een puntenwolk”.
Staatssecretaris Aboutaleb: “Ik wil werken met mensen die bereid zijn er écht de schouders onder te zetten.”
Raakt u met minister Donner verwikkeld in eindeloze theologische discussies of gaat u het land besturen?
“We gaan alles doen wat in het belang is van de werkgelegenheid in Nederland, daar kunt u ons aan houden.”
Ziet u er naar uit om met een belijdend christen samen te werken?
“Ik heb dat nooit als een probleem ervaren. Ik werk in Amsterdam al jarenlang met homosexuelen, lesbiennes, joden, christenen, heidenen. Voor mij is dat geen criterium. Ik wil werken met mensen die bereid zijn er écht de schouders onder te zetten.”
Ik moet meteen aan voedselbanken denken als ik u zie. Snapt u dat?
“Nee dat snap ik niet.”
Zijn de voedselbanken weg als u weg gaat over vier jaar?
“Daar moet je genuanceerd over denken. We hebben in Nederland ook nooit gezegd dat je het Rode Kruis moet afschaffen of het Leger des Heils. Die doen aan charitas. En we hebben nu eenmaal een groep mensen, bijvoorbeeld illegalen: je zou ze niet willen hebben, maar we hebben ze wel. Voor die mensen zijn onze sociale diensten per definitie niet toegankelijk omdat we dat niet willen.”
Nederland heeft voedselbanken keihard nodig?
“Nee, dat zeg ik niet. Het is wel de intentie van dit kabinet om iedereen die rechtens in Nederland verblijft en die nu de weg kwijt is in de bureaucratie en geen gebruik maakt van voorzieningen - want heel veel gemeenten raken hun geld niet kwijt als het gaat om armoedebestrijding - om die mensen echt te helpen en de voedselbanken overbodig te maken.”
Hebt u gefaald als de voedselbanken er over vier jaar nog zijn?
“Zo moet je dat niet zien. Voor sommige groepen in Nederland is charitas nodig. Hoe perfect de samenleving ook is, hoe rijk je ook bent, er zijn altijd rafelranden. Daar moet je nuchter in zijn. Maar, je kunt me er aan houden dat we de mensen die we kunnen helpen, gaan helpen.”