Resultaten gecombineerde voorstudie/studie project hydrografische opnemingsvaartuigen

Datum: 28-06-2000 | Ondertekenaar: staatssecretaris H.A.L. van Hoof

Inleiding

De instandhouding van de hydrografische capaciteit van de Koninklijke marine vormde aanvankelijk een onderdeel van het project aanpassing mijnenbestrijdingscapaciteit (PAM). Met de brief van 25 februari 1997 (Kamerstuk 25 000 X nr. 59) over het project PAM bent u hierover geïnformeerd. Uit onderzoek is gebleken dat het doelmatiger is de hydrografische capaciteit voor de Koninklijke marine in stand te houden door nieuwbouw dan door levensverlengend onderhoud aan de bestaande Noordzee-opnemers uit te voeren en een Alkmaar-klasse mijnenbestrijdingsvaartuig aan te passen. Door deze aanpak vervalt de koppeling met het PAM-project en kan de instandhouding van de hydrografische capaciteit als het project hydrografische opnemingsvaartuigen (HOV) worden voortgezet. Hierover bent u in de Defensienota 2000 geïnformeerd. Met deze brief informeer ik u over de resultaten van de gecombineerde voorstudie/studie(B/C)-fase van het project HOV. Hydrografische opdracht Koninklijke marine en taken HOV.

Voor een goede taakuitvoering in het kader van de mijnenbestrijding, de onderzeebootbestrijding en de amfibische oorlogvoering heeft de Koninklijke marine behoefte aan actuele hydrografische informatie over haar operatiegebieden. Daarnaast heeft de Nederlandse Staat de wettelijke verplichting voor algemene civiele toepassingen actuele hydrografische informatie te verstrekken over het Nederlandse Continentaal Plat en de wateren rond de Nederlandse Antillen en Aruba. Voorts heeft het ministerie van Defensie in Navo-verband de verplichting deze informatie te verstrekken in het kader van de "Nato Geographic Policy". Naast de hoofdtaken, te weten het uitvoeren van militaire en civiele hydrografische opnemingswerkzaamheden, kunnen de hydrografische opnemingsvaartuigen ook worden ingezet voor neventaken, zoals het assisteren bij calamiteiten, het optreden als schip van de wacht en het bijdragen aan de uitvoering van de kustwachttaken van de Koninklijke marine.

Competitieve dienstverlening

In de Defensienota is melding gemaakt van een interdepartementaal beleidsonderzoek naar de mogelijkheden om de bedrijfsvoering van de rijksoverheid te verbeteren. Een van de instrumenten die binnen dat kader is ontwikkeld, is het concept van de "competitieve dienstverlening" (CDV). Hierbij staat voorop de meest doelmatige manier om een bepaalde dienst te leveren. Uitbesteding aan de private sector is daarbij niet een doel op zichzelf, maar alleen de uitkomst van een proces als dit doelmatiger is of meerwaarde oplevert.

Binnen het kader van de CDV is voor het HOV-project, als pilot, een analyse uitgevoerd naar de doelmatigheid van de verwerving van twee nieuwe schepen voor de uitvoering van de hydrografische diensten van de Koninklijke marine. In de analyse zijn de volgende drie opties in beschouwing genomen:

   1. de Koninklijke marine voert de hydrografische diensten uit met eigen schepen;
   2. de Koninklijke marine voert de hydrografische diensten uit met één of meer eigen schepen en maakt tevens gebruik van mogelijke (scheeps)overcapaciteit van Rijkswaterstaat;
   3. de private sector (markt) draagt zorg voor de uitvoering van de hydrografische diensten.

Op grond van deze analyse is vastgesteld dat de derde optie - uitvoering door de markt - de duurste is. Bij deze analyse is gebruik gemaakt van een door een derde, in opdracht van Defensie, uitgevoerde marktsurvey. Uit deze survey is voorts duidelijk geworden dat de markt de militaire hydrografische taak niet zou willen vervullen vanwege de hoge, niet te verzekeren, risico's. Deze optie is daarom afgevallen. Ook is vastgesteld dat de optie met Rijkswaterstaat op de korte en lange termijn duurder is dan de eerste optie. Om deze redenen en omdat de vervanging van de huidige hydrografische capaciteit op korte termijn nodig is, is besloten dat de Koninklijke marine de hydrografische opnemings-werkzaamheden in eigen beheer voortbrengt. Het project HOV zal daarom worden uitgevoerd met de verwerving van twee nieuwe hydrografische opnemingsvaartuigen. Op langere termijn kan het op elkaar afstemmen van de bedrijfsvoering van de Koninklijke marine en van Rijkswaterstaat mogelijk tot financiële besparingen leiden. Met het ministerie van Verkeer en Waterstaat zal worden bezien hoe de reeds bestaande samenwerking met Rijkswaterstaat in deze zin kan worden verbreed. Het doel is een zo doelmatig mogelijke besteding van overheidsgelden.

Behoefte

Om de hoofdtaken goed te kunnen uitvoeren dienen de zeegangs-eigenschappen van de opnemingsvaartuigen zo goed mogelijk te zijn afgestemd op de hydrografische werkzaamheden. Voorts moeten de schepen zijn voorzien van toereikende hydrografische apparatuur die het mogelijk maakt de zeebodem systematisch op te nemen en de verzamelde gegevens te verwerken. Uitvoering van de neventaken vergt slechts beperkte aanvullende voorzieningen en stelt geen aanvullende eisen aan het platform en de hydrografische apparatuur.

Invulling behoefte

In de voorstudie/studiefase is onderzoek gedaan naar de optimale scheepsvorm in relatie tot de eisen voor de inzetbaarheid van het platform. Hierbij zijn diverse alternatieven beschouwd. Een ontwerp van ongeveer 1850 ton, gebaseerd op een voor de zeegangs-eigenschappen geschikte klassieke rompvorm, bleek het meest kosteneffectieve alternatief voor de uitvoering van het hydrografische takenpakket. De afmetingen van de schepen bedragen 75 meter lengte (op de waterlijn), 12,8 meter breedte en 4 meter diepgang. Uit onderzoek is gebleken dat dieselelektrische voortstuwing met een enkele schroef, een enkel roer en een boegschroef voldoende zijn voor de vereiste manoeuvreerbaarheid. Het sensorsysteem van de vaartuigen bestaat uit sensoren voor veilig zeemanschap, de navigatie en de hydrografische werkzaamheden. De hydrografische meetgegevens worden door een Hydrografisch verzamel- en verwerkingssysteem verwerkt tot eindproducten. Ten slotte voldoen de schepen aan de IMO- en MARPOL-eisen ter voorkoming van vervuiling van de zee.

Verwervingsvoorbereiding

In het licht van de overname van de Koninklijke Schelde Groep (KSG) door de Damen Shipyards Group is besloten de hydrografische opnemingsvaartuigen aan te besteden bij de KSG. Inschakeling van de Nederlandse industrie is

Internationale samenwerking

Aangezien er bij de daarvoor in aanmerking komende landen geen plannen bestaan voor de bouw van soortgelijke schepen in de komende jaren, biedt dit project geen mogelijkheden tot internationale samenwerking.

Personeel

De introductie van de hydrografische opnemingsvaartuigen zal gepaard gaan met een personele reductie. Deze reductie, die al verwerkt is in de taakstelling in de Defensienota 1991, de Prioriteitennota 1993 en de Doelmatigheidsoperatie (Novemberbrief) van 1994, is het gevolg van de overgang van drie naar twee schepen. Er worden drie bemanningen van elk twaalf personen gevormd, die worden aangevuld met hydrografische opstapteams van zes personen. De teams zullen op roulatiebasis de twee schepen bemannen. Daarnaast wordt rekening gehouden met extra accommodatie voor personeel dat neventaken uitvoert en voor opleidingen. De schepen beschikken over de accommodatie voor maximaal 42 personen.

Tijdschema

Het aanvraagbestek is inmiddels voltooid. Het voornemen is midden 2000, na de gecombineerde voorstudie/studiefase, met de verwervingsvoorbereiding te beginnen. Het streven is begin 2001 een bouwcontract te sluiten. De oplevering van de schepen is voorzien in 2003. Tot die tijd zullen Hr.Ms. Buyskes en Hr.Ms. Tydeman worden aangehouden voor de hydrografische werkzaamheden.

Budget

Voor het project is in de begroting voor het jaar 2000 een budget van f 106,4 miljoen (prijspeil 1999) gereserveerd.

Exploitatiekosten

De exploitatiekosten van beide schepen over een periode van dertig jaar worden geraamd op ongeveer f 200 miljoen.

Tot slot

Ik ben voornemens, eventueel na overleg met u, de Koninklijke marine toestemming te verlenen het project HOV voort te zetten met de verwervingsvoorbereidingsfase.

DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE,

H.A.L. van Hoof