Programma Moord - Zelfmoord SBS6 Een bijdrage aan het gesprek


Programma Moord - Zelfmoord SBS6 Een bijdrage aan het gesprek

Laatste update:
08-01-2017 | 22:20

Oost-Nederland Ede - Zondagavond 8 januari werd de eerste aflevering van het televisieprogramma Moord / Zelfmoord uitgezonden. Tijdens deze aflevering werd uitgebreid ingegaan op een heftige situatie in de gemeente Ede. In het programma werd een reconstructie gemaakt van wat die nacht is
gebeurd. De politie en het Openbaar Ministerie werken ook in dit soort zaken samen om zo snel mogelijk duidelijkheid te verschaffen over wat er is gebeurd. Hoe we dat in dit geval hebben gedaan leggen we graag uit via onze website. We vinden namelijk dat het verhaal zorgvuldig moet worden
verteld en daar hebben we meer ruimte voor nodig dan een paar minuten in de bewuste uitzending.

Detail afzetlint Detail afzetlint

Deze reconstructie onderbouwt de al formele conclusie van het Openbaar Ministerie dat hier sprake is van zelfdoding en dat er geen betrokkenheid aan anderen is toe te schrijven in relatie tot dit treurige voorval. Bij een onderzoek naar een onnatuurlijke dood zijn meerdere instanties
betrokken. In de hyperlink onderaan het bericht is meer contextinformatie beschikbaar over de omvang en de rol van o.a. de politie en OM bij het onderzoeken van gevallen van zelfdoding.

Sprake van een misdrijf?

In deze casus kwamen hulpdiensten waaronder agenten ter plaatse en troffen het slachtoffer nog in leven aan. Er waren getuigen aanwezig en het had daarvoor gesneeuwd. Na het bieden van hulp aan het slachtoffer heeft de politie met getuigen gesproken en onderzoek gedaan naar de oorzaak en de
omstandigheden. Door de voetsporen in de sneeuw te volgen kwamen agenten op de plaats waarvandaan het slachtoffer naar beneden was gesprongen of gevallen. Hierdoor werd duidelijk dat het slachtoffer alleen over de galerij had gelopen. Dit spoor stopte op het punt waar het slachtoffer omhoog
was geklommen naar een deel van de flat dat onder normale omstandigheden niet bereikbaar was. Door de aanwezigheid van deze sporen kon worden uitgesloten dat op het moment van de sprong een andere persoon op dat deel van die flat aanwezig was. Later op de dag overleed het slachtoffer aan zijn
verwondingen. Het lichaam werd aansluitend door een schouwarts onderzocht. Voor de officier van justitie, de politie en de schouwarts is op dat moment de centrale vraag; "is hier sprake van misdrijf"? Ook het onderzoek van de schouwarts leidde niet tot het inzicht dat hier sprake was van een
misdrijf.

Slachtofferzorg

Het programma geeft goed inzicht op de impact die zelfdoding heeft op nabestaanden. En dat weten agenten ook tijdens de momenten dat zij met nabestaanden in gesprek zijn. Alle emoties passeren de revue. Het doel van de agenten is met respect voor de gevoelens van nabestaanden zo goed als
mogelijk goede uitleg geven van wat ze feitelijk weten en kunnen delen. Zeker als nabestaanden geen eerdere tekenen hadden van een zelfgekozen dood, dan zijn er begrijpelijk nog veel vragen aan de agenten. Maar ze hebben niet altijd het antwoord op al die vragen. Dat kan het gevoel geven niet
te worden gehoord en soms zijn weerslag hebben op het ervaren contact met de agenten. Onze expertise ligt ook niet op het verwerken van dergelijke trauma's. We schakelen directe familie en/of vrienden in voor de eerste opvang en we bieden slachtofferhulp aan via het onafhankelijke bureau
Slachtofferhulp. Ook voor politieagenten is het heel leerzaam om te kijken naar het programma. Het geeft houvast voor jonge agenten bij het herkennen van signalen en gedrag en het nadrukkelijker aanbieden van hulp via onze samenwerkingsinstanties.



PL0700_2010008822 RV

Bijlage Context zelfdoding n.a.v. persbericht Politie Oost-Nederland op d.d. 8 januari 2017

Onderzoek naar onnatuurlijk overlijden

In het jaar 2015 zijn er meer dan 7200 gevallen van onnatuurlijk overlijden geregistreerd. Dit worden zogenaamde uitwendige doodsoorzaken genoemd. Voorbeelden hiervan zijn alle variaties van ongevallen, moord en zelfmoord. In al die gevallen vindt er onder leiding van het Openbaar Ministerie
(OM) een onderzoek plaats naar de oorzaak. In meer dan 1800 situaties per jaar wordt er op basis van dat onderzoek zelfmoord geconcludeerd. Bij al die onderzoeken zijn ten minste een offcicier van justitie namens het OM, een opsporingsdienst en een aangewezen (schouw)arts betrokken.

Lees meer

De rol van het OM, politie, Marechaussee en schouwarts

Bevoegde opsporingsambtenaren zoals die van de politie en de Koninklijke Marechaussee doen in opdracht van het OM onderzoek naar de oorzaak en de omstandigheden na een onnatuurlijk overlijden. Dit betreft onder andere forensisch -en algemeen onderzoek op de locatie, maar ook het horen van
getuigen en ander relevant onderzoek. Een schouwarts kan zowel ter plaatse onderzoek verrichten en/of later in een onderzoeksruimte van het mortuarium. De onderzoeksbevindingen van bijvoorbeeld de politie en die van de schouwarts worden aan de officier van justitie gerapporteerd. De officier
beslist op basis van die informatie of er een strafrechtelijk onderzoek moet worden opgestart of geeft, als er geen sprake is van een misdrijf, het lichaam vrij. In uitzonderlijke gevallen kan door de officier nog een sectie worden gelast.

Lees meer

Juridische kaders en geen uitputtend onderzoek

Als op basis van het onderzoek wordt vastgesteld dat een misdrijf is uitgesloten, dan is er voor het OM en de politie geen grond of juridische basis voor nader onderzoek en wordt het formele onderzoek afgerond. Voor deze conclusies zijn de grote onderzoeksvragen onderzocht en beantwoord. Op
onderliggende onderzoeksvragen volgt dan ook geen uitputtend onderzoek zoals bij moord of doodslag wel aan de orde is. Dit is nodig voor de opbouw van bewijsvoering in een strafzaak. Daarvan is geen sprake bij zelfdoding.

Lees meer

Impact op nabestaanden

In meer dan 1800 gevallen per jaar komt de politie in aanraking met deze heftige situaties. Hierbij hebben we een in ieder geval een formele taak en rol. Vanwege die rol hebben we ook contact met de nabestaanden. Dit contact met die nabestaanden vindt plaats met het grootste respect voor de
gevoelens die veelal heel heftig zijn. Naast het brengen van dit slechte nieuws hebben we ook een rol in de uitleg van wat er heeft plaatsgevonden. In die uitleg zoeken direct betrokkenen vaak ook het antwoord op een veel belangrijkere vraag. De waarom-vraag. Vaak is er een geschiedenis van
signalen van psychische nood, is hulpverlening al betrokken of is er een afscheidsbrief. Maar soms komt het of wordt het ervaren als geheel onverwacht en blijft die vraag ongewis. En dat kan parten spelen bij de verwerking van het verlies of het accepteren ervan en aanleiding zijn tot twijfel.
Deze waarom-vraag speelt zich dan af in het priveleven van het slachtoffer zelf. De politie begrijpt die vraag terdege, maar moet ook het antwoord schuldig blijven.



CBS cijfers, onnatuurlijke dood

statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA=7052_95&D1=0,79-91&D2=0&D3=0&D4=0,10,20,30,40,50,60,(l-1)-l&HDR=G1,G2,G3&STB=T&CHARTTYPE=2&VW=T



Website van partnerorganisatie bureau Slachtofferhulp

https://www.slachtofferhulp.nl/



Algemene informatie zelfdoding

mens-en-samenleving.infonu.nl/psychologie/8778-zelfmoordpoging-of-zelfmoord.html



Hulporganisatie voor individuele hulp bij o.a. gedachten over zelfdoding

https://www.113online.nl/

Lees meer