Op zoek naar de feiten over migratie

15 december 2016

Op zoek naar de feiten over migratieBij het woord ‘migratie’ denken veel mensen op dit moment aan de “vluchtelingencrisis”. Maar migranten zijn er in vele soorten en maten en het fenomeen is al zo oud als de mensheid. Melissa Siegel bestudeert vanuit de Universiteit Maastricht vele aspecten van migratie, met als doel dat migratie- en vluchtelingenbeleid wordt gebaseerd op feiten, in plaats van onderbuikgevoelens. Rond VN’s Internationale Migranten Dag (18 december) belichten we haar onderzoek.

Om te beginnen wil Melissa Siegel even iets duidelijk maken. De in Amerika geboren onderzoekster kwam ooit voor een masteropleiding naar Utrecht, promoveerde vervolgens in Maastricht en kreeg toen de kans hier een onderzoeksgroep op te bouwen van zo’n dertig medewerkers, waarvan een groot deel onderzoek doet naar migratie. “Ik ben ook een migrant. Maar ik ben waarschijnlijk niet het soort migrant waaraan de gemiddelde Nederlander nu denkt. Waarmee ik wil zeggen dat migranten er in allerlei soorten en maten zijn. Dat lijken veel mensen te vergeten. Momenteel denken ze alleen aan de ‘vluchtelingencrisis’ en de mensen die Syrië ontvluchten. Waarbij in mijn ogen de enige ‘crisis’ zich afspeelt op het Europese politieke toneel. Er wonen vijfhonderd miljoen mensen in Europa; ik zie geen enkele reden waarom Europa niet elke vluchteling zou kunnen opnemen, vooral niet als ze redelijk verdeeld worden. Sterker nog: we hebben deze mensen nodig, in het vergrijzende Westen. Als we ze de kans geven om te integreren en een nieuw bestaan op te bouwen, is dat voor alle partijen het meest voordelig.”

Rwandese vluchtelingenkampen

En dan komt haar onderzoek in bijvoorbeeld Rwanda om de hoek kijken. In opdracht van de internationale organisatie UNHCR onderzoekt ze daar momenteel de effecten van Congolese vluchtelingenkampen op de Rwandese samenleving. “De zestigduizend vluchtelingen wonen daar in kampen, maar mogen wel werken. Je ziet dat ze veelal een eigen bedrijfje opstarten en zo dienstverlenend zijn voor hun omgeving. We kijken niet alleen naar de situatie in de kampen, maar ook naar de dorpen binnen een straal van tien en van vijfentwintig kilometer. Welke invloed heeft zo’n kamp op sociale en economische aspecten?  Dat doen we door bijvoorbeeld honderden enquêtes af te nemen en diepte-interviews met bijvoorbeeld gemeenschapsleiders. De analyses van onze data zijn er nog niet, maar uit de eerste resultaten blijkt dat de vluchtelingen vrij goed geïntegreerd zijn. Ook uit ander onderzoek weten we al langer dat mogen werken, een nieuw bestaan mogen opbouwen, heel belangrijk is voor een positieve integratie. Waarbij het natuurlijk helpt dat de Congolese vluchtelingen etnisch meer vergelijkbaar zijn met de Rwandezen die hen opvangen, dan de Syriërs hier bijvoorbeeld met Nederlanders. Maar toch…”

Gemarginaliseerde populatie

“De Nederlandse overheid, en vele andere Westerse overheden op dit moment, willen vluchtelingen niet op die manier laten integreren, ‘want dan kunnen we ze niet meer terugsturen’. Uit wetenschappelijk onderzoek weten we al lang dat dat een naïeve, verkeerde aanname is. Het is precies wat er gebeurd is met de gastarbeiders. Nederland voorkwam een aantal jaren actief dat migranten zouden integreren, zodat ze ooit terug zouden gaan naar hun thuisland. Sommigen deden dat, maar niet iedereen. Je creëert dan een populatie die blijft, maar gemarginaliseerd is en weinig bijdraagt aan de samenleving. We moeten migranten niet zien als mensen die we graag weer snel zien vertrekken. Zie ze zoals de VS en Canada: als toekomstige burgers die iets willen bijdragen aan onze samenleving.” Volgens Siegel is het een misvatting dat de economie een sluitende rekensom is. “Als ik een baan heb, betekent dat niet dat jij niet ook een baan kunt hebben. Als er meer mensen zijn, kan de economie groeien. Als ik een broodjeszaak heb, groeit mijn klantenkring als er meer mensen in een stad wonen, dus ik moet mensen aannemen. Migranten gaan je diensten kopen, ze gaan belasting betalen in je land.”

Overheidsadvies

Siegel wordt vaak gevraagd door overheden, ook de Nederlandse, om te adviseren over vluchtelingenbeleid, maar vaak wordt haar advies in de wind geslagen. “Omdat de feiten over wat je moet doen om een zo goed mogelijke eindsituatie te bereiken met deze nieuwe burgers, niet past bij het onderbuikgevoel in de huidige maatschappij. Migratiebeleid wordt momenteel meer gevoed door gevoelens dan door feiten.”

Net als beeldvorming, blijkt uit een ander onderzoeksproject. Veel jonge ouders uit Moldavië vertrekken een aantal jaren naar het buitenland om te werken en laten hun kinderen achter bij hun familie. Dat wordt door de samenleving en de media daar als ‘zielig’ gezien; de kinderen zouden het slecht hebben. Het team van Melissa Siegel deed er onderzoek naar, onder meer via enquêtes die representatief waren, en het bleek niet dat de ‘achtergebleven kinderen’ slechter af waren dan anderen. Soms hadden ze het financieel zelfs beter. “Dat komt door de natuurlijke selectie over wie besluit te migreren. Een ouder die geen goed vangnet voor zijn kinderen achter de hand heeft, gaat niet weg. Dus het is belangrijk dat we aannames onderzoeken die aan beleid of retoriek ten grondslag liggen.”

Onderzoeksfocus

Haar onderzoek richt zich onder meer op het verband tussen migratie en gezondheid, of migratie en ondernemerschap, of corruptie. Ook de vraag hoe landen de slimste kennismigranten kunnen aantrekken, heeft haar aandacht en ze adviseert overheden hierover. Naast onderzoek in opdracht van internationale organisaties of overheden, probeert ze ook tijd en geld voor eigen onderzoeksvragen te vinden. “Zo bestudeer ik bijvoorbeeld of Afghaanse vrouwen die een familielid hebben dat naar Iran of een ander meer Westers land is geëmigreerd, meer kennis hebben over moderne anticonceptiemethodes en die ook meer gebruiken. Dat lijkt het geval te zijn.” Daarnaast geeft ze les aan studenten en promovendi, maar ook beleidsmakers in dit werkgebied. “Als ik mensen een bepaald fenomeen iets beter kan laten begrijpen, is mijn dag goed. Migratie zal nooit stoppen. Het is niet twee jaar geleden begonnen met Syrië en ook niet veertig jaar geleden met de gastarbeiders. Het is altijd relevant en zal altijd allerlei soorten nieuwe onderzoeksvragen opwerpen. Dat maakt het interessant. En voor deze migrant is Maastricht momenteel de beste plek om dat onderzoek te doen.”

Dr. Melissa Siegel (1981) is universitair docent en onderzoeker aan de Maastricht Graduate School of Governance (MSOG) en senioronderzoeker aan het aan de Universiteit Maastricht gelieerde instituut UNU-MERIT, een onderzoeks- en opleidingsinstituut van de United Nations University. Ze leidt de onderzoeksgroep Migratie en Ontwikkeling van deze twee organisaties. In september 2003 kwam ze vanuit de VS naar de Universiteit Utrecht voor de master Law and Economics. In 2005 begon ze in Maastricht aan haar promotie-onderzoek dat in 2010 leidde tot het proefschrift ‘Money and Mobility: Migration and Remittances’. Ze werkt veelal in opdracht van internationale organisaties als UNICEF, UNHCR, de EU, de Wereldbank, de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) en allerlei nationale overheden.

Door Femke Kools