Universiteit Maastricht is opgenomen in Roadmap Grootschalige Wetenschappelijke Infrastructuur

Maastricht University

Persbericht

14 december 2016

Universiteit Maastricht is opgenomen in Roadmap Grootschalige Wetenschappelijke Infrastructuur

Op 13 december heeft NWO (Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek) de onderzoeksfaciliteiten bekendgemaakt die de komende vier jaar de hoogste prioriteit hebben voor de wetenschap in Nederland. De Universiteit Maastricht neemt met 4 faciliteiten (waarvan een gedeelte binnen clusters) binnen het domein Levenswetenschappen deel aan deze Nationale Roadmap Grootschalige Wetenschappelijke Infrastructuur van NWO. De faciliteiten op de Roadmap komen in aanmerking voor financiering door NWO. Het gaat daarbij om een bedrag van 200 miljoen euro, dat in twee rondes verdeeld zal worden.

Selectie

Eerder dit jaar bracht de Permanente Commissie voor Grootschalige Wetenschappelijke Infrastructuur met een landschapsanalyse zo’n 160 bestaande en nieuwe onderzoeksfaciliteiten met een investeringsbehoefte in kaart. Omdat er te weinig geld is om al deze faciliteiten in Nederland te ondersteunen, maakte de commissie een selectie van de onderzoeksfaciliteiten op basis van hun belang voor de wetenschap. Daarnaast is nadrukkelijk geselecteerd op aansluiting bij strategische projecten, zoals de Nationale Wetenschapsagenda, de topsectoren en de Europese Roadmap voor Grootschalige Onderzoeksfaciliteiten (ESFRI).

UM in Domein Levenswetenschappen

Binnen het Domein Levenswetenschappen participeert de UM in de volgende clusters en faciliteiten:

Cluster ELIXIR-NL: Data-infrastructuur voor levenswetenschappen. Als nationaal knooppunt in het gelijknamige Europese netwerk bouwt ELIXIR-NL een digitale omgeving voor het toegankelijk maken van de data die levenswetenschappen genereren. De UM infrastructuur euroCAT is onderdeel van dit cluster.

Cluster MRI en Cognitie: Beelden van het brein. Magnetic Resonance Imaging (MRI) verschaft onderzoekers en clinici informatie over de structuur (anatomie), het functioneren (fysiologie) en de biochemische processen (metabolisme) in de hersenen en andere delen van het lichaam. Daarmee is het een belangrijk hulpmiddel voor onderzoek naar ziekte en gezondheid, gedrag, leren en ontwikkelen. De UM infrastructuur Open Access Ultra High Field MRI Facilities is onderdeel van dit cluster.

Faciliteit Metabolic Research Unit Maastricht (MRUM): Meten van de menselijke stofwisseling onder gecontroleerde omstandigheden. MRUM) biedt de mogelijkheid om onder nauwkeurig gecontroleerde omstandigheden onderzoek te doen naar de stofwisseling van het menselijk lichaam als geheel of van organen en weefsels.

Cluster NEMI: Kijken met elektronen. Technologische ontwikkelingen zorgen voor een revolutie in de meer dan tachtig jaar oude elektronenmicroscopie (EM). NEMI (Netherlands Electron Microscopy Infrastructure) biedt onderzoekers de gelegenheid daadwerkelijk te zien hoe individuele atomen en moleculen zich gedragen en organiseren in biologische en non-biologische materialen. De UM infrastructuur is Maastricht MultiModal Molecular Imaging Institute (M4I) is onderdeel van dit cluster.

Aanvragen

Medio 2017 kunnen de onderzoeksfaciliteiten die op de Roadmap staan hun financieringsaanvraag indienen. De eerste toekenningen worden in het voorjaar van 2018 verwacht. De Roadmap Grootschalige Wetenschappelijke Infrastructuur is ingesteld voor een periode van vier jaar. In de loop van 2020 vindt de volgende update van de Nationale Roadmap plaats.

Reactie UM rector Rianne Letschert

“Wij zijn uitermate trots op de opname van onze ingediende infrastructuren in de Nationale Roadmap Grootschalige Wetenschappelijke Infrastructuur. De faciliteiten die opgenomen zijn in deze roadmap hebben de hoogste prioriteit voor de wetenschap. Daarmee zijn ze van enorm belang voor de Nederlandse wetenschap. ”, aldus prof dr. Rianne Letschert, rector magnificus van de Universiteit Maastricht. “Het past goed in onze strategie om meer Europese en Nederlandse onderzoeksubsidies te verwerven. Dit doen we door onder andere speciale aandacht te besteden aan onderzoeksprojecten die passen binnen de Nationale Wetenschapsagenda en zich richten op onderzoeksthema’s die verbonden zijn met het topsectorenbeleid.”