Vleermuizentoren in Teesinkbos officieel geopend | Rijkswaterstaat

Vleermuizentoren in Teesinkbos officieel geopend

Nieuwsbericht - Gepubliceerd op: 08 november 2016- Laatste update: 08 november 2016 09:58 uur

Op maandag 7 november hebben de Enschedese wethouder Hans van Agteren, directeur Landschap Overijssel Jacob van Olst en directeur Rijkswaterstaat Chris Stoffer gezamenlijk een informatiebord onthuld bij de nieuwe vleermuizentoren in het Teesinkbos in Boekelo (gemeente Enschede).

De onthulling markeert de officiele oplevering van een bijzonder bouwwerk. Voor vleermuizen gaat de toren een nieuwe verblijfplaats vormen, die nodig is door het verdwijnen van bestaande verblijfplaatsen voor de bouw van de Nieuwe Twenteroute tussen Enschede en Groenlo. De toren is het belangrijkste nieuwe onderkomen voor vleermuizen in Overijssel. Daarnaast is de gemeente Enschede een markant en bijzonder gebouw rijker.

Wandelaars in het Teesinkbos zien een 6 m hoge toren van 3x3 m zonder ramen en deuren: een folly (een gebouw zonder functie). De toren heeft echter een noodzaak. Het kan als kraam- en winterverblijfplaats dienen voor de gewone dwergvleermuis en als zomer- en winterverblijfplaats voor de laatvlieger en de zeldzame gewone grootoorvleermuis. De vleermuizentoren dient als compensatie voor verblijfsplaatsen van vleermuizen op de Boekelosestraat 191 en Broekmaatweg 60-62 in Enschede, die zijn gesloopt voor de aanleg van de Nieuwe Twenteroute. Het nieuwe verblijf ligt binnen het huidige leefgebied van de vleermuizen en ligt op ongeveer 500 en 800 m afstand van de oude verblijfplaatsen.

Speciale eisen

Iedere soort vleermuis stelt zijn eigen eisen aan de verblijfplaats. De onderste 3 m van het gebouw zijn ruw afgewerkt om extra houvast voor de vleermuizen te bieden. Binnenin is het vleermuizenhuis opgevuld met gipsen muurtjes met openingen van 2 tot 3 cm, waar de vleermuizen in kunnen kruipen. Het bovenste gedeelte van de huis is een houten kapconstructie. Deze zolder bestaat uit balken en er zijn 2 grote vleermuiskasten te hangen, die extra hang- en wegkruipmogelijkheden bieden. Ook de oud-Hollandse, holle dakpannen op het dak zorgen voor extra verblijfplaatsen. De houten gevelbekleding van het zoldergedeelte is voorzien van ruimtes waarachter vleermuizen zich kunnen verschuilen.

Voedselrijk gebied

Teesinkbos is een restant van het oude landgoed Huize het Teesink en is in eigendom van Landschap Overijssel. Het landgoed bestaat uit open en gesloten bos, open water en de Teesinkbeek. Dit zorgt voor een goed aanbod van insecten en een voedselrijkgebied voor de vleermuis. De vleermuistoren is in het open gedeelte aan de noordzijde van het bos gebouwd. De vleermuizen kunnen hier direct na het uitvliegen en nog net voor het invliegen voedsel verzamelen langs de bosrand of boven de plas in het midden van het open stuk. Rijkswaterstaat gaat komende jaren onderzoeken welke soorten vleermuizen de toren gebruiken als verblijfplaats. Landschap Overijssel, eigenaar van Landgoed Teesinkbos, is tevens eigenaar van de vleermuizentoren. De toren is ontworpen door Natuur Inclusief uit Borculo in samenwerking met The Cloud Collective-architecten uit Rotterdam. Bouwbedrijf W. Nijhuis uit Borculo heeft de vleermuizentoren gebouwd.

De Nieuwe Twenteroute

Rijkswaterstaat vernieuwt de N18 tussen Enschede en Varsseveld. De bouw van een 27 km lange weg tussen Enschede en Groenlo is daar onderdeel van. Deze Nieuwe Twenteroute wordt een stuk veiliger voor alle weggebruikers, onder meer dankzij de aanleg van gescheiden rijbanen, oversteekplaatsen en fietstunnels. Behalve veiliger kunnen Achterhoekers en Twentenaren straks sneller van A naar B. En door het omleiden van het verkeer om de bebouwde kom zal de leefbaarheid in Eibergen, Haaksbergen en Usselo toenemen. Daarbij zorgen we dat de nieuwe weg past in het mooie, landelijke gebied van de Achterhoek en Twente. Zo maakt de Nieuwe Twenteroute de regio interessanter om in te wonen, werken en ondernemen. Om de Nieuwe Twenteroute te realiseren, werken Rijkswaterstaat, de provincies Gelderland en Overijssel, en de gemeenten, de regio's en de waterschappen in de Achterhoek en Twente nauw samen.