Kwaliteit kinderopvang omhoog
Nieuwsbericht | 31-10-2016 | 12:22
Kinderen verdienen een zo goed mogelijke start van hun leven. De kwaliteit van de kinderopvang en de peuterspeelzalen gaat daarom omhoog en er komt voor werkende ouders een financieringssysteem (kinderopvangtoeslag) voor zowel kinderopvang als peuterspeelzaalwerk.
Dat staat in twee wetsvoorstellen die minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vandaag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd: het wetsvoorstel innovatie en kwaliteit kinderopvang en het wetsvoorstel harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk.
Het belangrijkste doel is dat in de toekomst iedereen terecht kan bij kwalitatief hoogstaande kinderopvang en peuterspeelzalen. Minister Asscher van Sociale Zaken: ,,Het moet niet uitmaken of je ouders arm of rijk zijn. Alle kinderen verdienen het om al vroeg samen te kunnen spelen en daarbij ook spelenderwijs te leren. Dat geeft ze niet alleen veel plezier, maar ook een goede start op de basisschool.''
De kwaliteit van de kinderopvang en de peuterspeelzalen gaat omhoog. Voor allebei gaan nu dezelfde kwaliteitseisen gelden. Daarmee maakt het voor peuters niet meer uit waar ze naartoe gaan.
Doel van de extra kwaliteitseisen is dat er meer aandacht komt voor de ontwikkeling van kinderen. Alle medewerkers in de kinderopvang en op de peuterspeelzalen moeten goed Nederlands kunnen. Er komen minimale taaleisen. De medewerkers krijgen ook coaching van pedagogen.
De opvang van baby's wordt beter. Er komen meer leidsters per baby.
De wetsvoorstellen kunnen rekenen op een breed draagvlak. Daarover zijn al eerder dit jaar bestuursafspraken gemaakt met de Brancheorganisatie Kinderopvang, Sociaal Werk Nederland (de vroegere MO-groep) en BMK, ouderorganisatie Boink, de FNV, het CNV en de VNG. Met gemeenten is in april afgesproken dat peuters van niet-werkende ouders naar de opvang moeten kunnen. Zo maakt het niet uit of ouders nu werken of niet en krijgen alle peuters een kans op een zo goed mogelijke start van hun leven.
De verwachting is dat beide wetsvoorstellen op 1 januari 2018 in werking treden.