Nieuwsbericht | 29-09-2016 | 15:52

Minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) roept kledingfabrikanten en inkopers in Bangladesh op tot eerlijke inkooppraktijken in de textielindustrie. `Kledingfabrieken worden nog te vaak het mes op de keel gezet om tegen een lage prijs en onder onmogelijke tijdsdruk te produceren. Deze neerwaartse spiraal van harde concurrentie moet worden omgedraaid. Het zijn namelijk die laatste paar euro's en die extra dag productietijd die het verschil maken tussen gezonde werkomstandigheden en uitbuiting. Voor eerlijk geproduceerde kleding zijn steeds meer consumenten steeds meer bereid meer te betalen. Het is tijd dat alle partijen hier samen aan gaan werken.'

Ploumen is vandaag in Dhaka aanwezig bij een door Nederland georganiseerde textielconferentie over meer samenwerking met als doel eerlijke inkoop. Kledingfabrikanten, kledingmerken, vakbonden en de overheid van Bangladesh zetten daarmee een volgende stap in het verduurzamen van de sector. Ploumen: `Om de levens van miljoenen textielarbeiders te verbeteren moeten inkopende merken niet alleen op de laagste prijs letten, maar ook op milieu en arbeidsomstandigheden. Producenten en inkopers kunnen samen afspraken maken over redelijke werktijden en leefbare lonen van de arbeiders. Als alle partijen hun rol spelen kan snelle winst de gezonde winst worden waar ook de arbeiders en consumenten van profiteren.'

Om dat te bereiken pleit Ploumen ook voor meer transparantie in het inkoopproces: `Fabriekseigenaren moeten laten zien welke belachelijke lage prijzen betaald worden voor het produceren van onze shirts en broeken. Consumenten hebben recht op meer transparantie. Maak het publiek via social media, laat anderen meekijken. Geen naaister kan van dat geld een gezin onderhouden. En ook belangrijk: durf af en toe nee te verkopen tegen de grote merken. Hier geldt echt: samen ben je niet machteloos.'

Ploumen maakte in Dhaka ook bekend dat Nederland als eerste land de Sustainable Apparel Coalition gaat steunen. Deze organisatie probeert de vele duurzaamheidsindicatoren in de textielsector samen te brengen in een wereldwijde standaard. `Er zijn nu veel verschillende standaarden waardoor fabrieken moeite hebben om aan alle duurzaamheidsregels te voldoen. Als alle textielmerken dezelfde milieu- en arbeidsstandaard hanteren, kunnen zij makkelijker hun eigen prestaties meten en aan duurzaamheid werken. Dit kan ook de consument veel duidelijkheid opleveren, die daar steeds meer om vraagt.' Daarnaast zal de International Apparel Federation op verzoek van Ploumen trainingen geven aan inkopers en producenten over duurzame inkoop: `Hoe maken fabrieken en merken samen goede afspraken over eerlijke prijzen en goede werk- en milieuomstandigheden? Deze pilot met partijen uit Bangladesh kan daarna uitgerold worden naar andere textielproducerende landen. Want ook daar zijn schandalige inkooppraktijken gaande.'

Gisteren bezocht Ploumen in Bangladesh een aantal projecten waar tijdens haar ministerschap grote resultaten zijn geboekt. In het land trouwt meer dan de helft van alle meisjes voor hun 18e jaar. Vier op de 10 meisjes raken als tiener al zwanger. Grote indruk maakte een Koranschool waar jongeren seksuele voorlichting krijgen: `Ik vond het indrukwekkend te zien dat jongens en meisjes samen les kregen over seksualiteit. Er zijn hier veel mythes over seks en het lichaam, die met dit project worden aangepakt. In schooltjes als deze zijn afgelopen jaren zeker 2,5 miljoen mensen voorgelicht over anticonceptie, huiselijk geweld en kindhuwelijken. Zo krijgen mensen meer grip op hun toekomst en gezondheid.' Verder sprak Ploumen tijdens haar bezoek met de minister van Handel. Het is de 4e keer dat ze als minister Bangladesh bezoekt.