Van der Steur wijzigt ANPR-wetsvoorstel
Nieuwsbericht | 07-09-2016 | 15:32
Politiemensen krijgen pas toegang tot kentekengegevens na een bevel van de officier van justitie. Daarmee komt er een extra waarborg voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Dit blijkt uit de tweede nota van wijziging bij het ANPR-wetsvoorstel die minister Van der Steur (Veiligheid en Justitie) vandaag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
De aanpassing van het ANPR-wetsvoorstel, dat bij de Tweede Kamer in behandeling is, vloeit voort uit de kabinetsreactie naar aanleiding van de ongeldigverklaring van de richtlijn dataretentie door het Hof van Justitie van de Europese Unie. Daarin is toegezegd aanvullende waarborgen in het wetsvoorstel op te nemen, in het bijzonder de beperking van de toegang tot kentekengegevens door introductie van het bevel van de officier van justitie. Met deze tweede nota van wijziging wordt dat geregeld.
Nieuw is ook dat er strikte eisen worden gesteld aan de inhoud van het bevel. Voor het opvragen van informatie moet altijd een concrete aanleiding zijn, namelijk de opsporing van een misdrijf waarvoor voorlopige hechtenis is toegestaan of de aanhouding van een voortvluchtige. Dat moet in het bevel nauwkeurig beschreven worden. De officier moet vermelden om welk misdrijf en welke strafzaak het gaat. Bovendien moet hij heel precies de zoekvraag formuleren, aan de hand van het kenteken of de locatie en het tijdstip. De informatie over de kentekens kan richting geven aan het opsporingsonderzoek of bijdragen aan het bewijs.
Wanneer een buitenlandse justitiele autoriteit om de kentekengegevens van bijvoorbeeld de auto van een terrorismeverdachte vraagt, kan het verzoek pas worden ingewilligd als aan alle strikte voorwaarden uit het wetsvoorstel is voldaan. Er moet sprake zijn van een concrete zoekvraag (kenteken en/of locatie en tijdstip), ter opsporing van een ernstig misdrijf of ter aanhouding van een voortvluchtige.
Ook komt er een expliciete regeling in het wetsvoorstel voor de verstrekking van gegevens aan de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.
Het ANPR-wetsvoorstel regelt dat alle kentekens die de politie met camera's vastlegt, vier weken mogen worden bewaard om misdrijven op te sporen en voortvluchtigen aan te houden. Het vastleggen van kentekens is belangrijk voor de opsporing van misdrijven waarbij pas later blijkt dat informatie over een voertuig een rol speelt.