Rutte: `Niet meer Europa, maar een beter functionerend Europa'

Nieuwsbericht | 02-09-2016 | 14:45

Het is tijd dat Europa zich concentreert op het beter uitvoeren van zijn kerntaken. Kerntaken die liggen op bijvoorbeeld het gebied van veiligheid, stabiliteit en het creeren van groei en banen. Met die woorden blikte minister-president Rutte op zijn wekelijkse persconferentie vooruit op de Europese top in Bratislava op 16 september.

Tijdens deze top praten de lidstaten van de Europese Unie, zonder het Verenigd Koninkrijk, over de toekomst van samenwerking binnen Europa. Volgens de minister-president bestaat er ook onder de lidstaten de `absolute overtuiging' dat de samenwerking niet op de oude voet kan doorgaan. `Het is geen business as usual in Europa.'

Voor Nederland is het volgens Rutte van belang dat de Europese landen werken aan een effectievere samenwerking en concrete resultaten.`Dat betekent wat mij betreft niet meer Europa maar wel een beter functionerend Europa op al die zaken die wij als lidstaten niet zelf kunnen doen.'

Onrust in Turks-Nederlandse gemeenschap

In de ministerraad is ook gesproken over de situatie in Turkije en over de onrust binnen de Turks-Nederlandse gemeenschap die hiervan het gevolg is. Volgens Rutte hebben de bewindslieden opnieuw met elkaar vastgesteld dat in deze discussie de Nederlandse waarden voorop dienen te staan.

`We vragen aan niemand om de banden met het land waar je zelf of vader of grootvader vandaan zijn gekomen, volledig door te snijden. Daar gaat het niet om. Het is logisch dat mensen daarmee begaan zijn. Maar het kan niet zo zijn dat die spanningen uit die landen hier worden geimporteerd en dat er niet ondubbelzinnig een keuze is gemaakt inmiddels voor Nederland.'

Minister van Buitenlandse Zaken Bert Koenders is vandaag en morgen in Bratislava om met zijn Europese collega's te praten over de relatie met Turkije.

Rutte: `We willen samenwerken met Turkije, ook juist in de nasleep na deze coup, maar we kunnen niet accepteren dat er inmenging is vanuit Turkije in onze binnenlandse aangelegenheden. Dat is de grens die wij als Nederlands kabinet bewaken en ook zullen bewaken.'