OM eist tot zeven jaar cel tegen Haagse familie die recht in eigen h..


17 augustus 2016 - Arrondissementsparket Den Haag

De officier van justitie eiste vandaag celstraffen tot zeven jaar tegen een Haagse familie van vijf personen. De 49-jarige vader, zijn 25-jarige, 23-jarige en 21-jarige zoons en hun 31-jarige neef worden verdacht (in verschillende gradaties van plegen, medeplegen en medeplichtigheid) van
poging doodslag en openlijk geweld in vereniging tegen een man, van ontvoering en afpersing van een andere man en van afpersing van een vrouw.

Aanleiding voor de zaak lag in een inbraak in februari van dit jaar in de sigarettenwinkel van de oudste zoon. Daarbij zou voor bijna 20.000 euro aan sigaretten zijn buit gemaakt. Toen het politie-onderzoek dood liep, besloot de familie om `een eigen onderzoek' te starten. Daarbij loofden zij
een forse beloning uit in het criminele circuit en benaderden zij verschillende mensen.

Donderdagmiddag 25 februari pikten zij onder valse voorwendselen een van de slachtoffers met de auto op. Zij brachten hem onder bedreiging van een vuurwapen naar het kantoortje achterin de sigarettenwinkel. Daar kreeg de man klappen van drie verdachten en dreigde de vader zijn vingers af te
hakken. Ook werd hem volgens de officier van justitie een pistool in zijn mond geduwd en werd hem gezegd dat hij 3.000 euro schadevergoeding moest betalen voor de gestolen sigaretten. Het slachtoffer bekende de diefstal en beloofde zijn bedreigers terug te betalen.

Het gezelschap stapte daarop met het slachtoffer in twee auto's om bij een door het slachtoffer gebelde vriend geld op te halen. Daarna zagen ze vanuit de auto op de Delftselaan een mede-dader van de diefstal. De verdachte uit de eerste auto stapte op hem af en gaf hem direct een vuistslag.
De familieleden uit de tweede auto vlogen daarop ook hun auto uit waarna het slachtoffer - dat inmiddels op de grond was gevallen - meermalen door hen werd geschopt. Een getuige zag ook iemand met een mes in zijn hand een stekende beweging maken naar het slachtoffer. Het slachtoffer verklaart
zelf dat de vader hem heeft gestoken. Na deze steek is het slachtoffer een nabij gelegen winkel ingevlucht . Na een spoedoperatie in het ziekenhuis legde hij een verklaring af aan de politie.

Na het steekincident hebben drie familieleden ook nog de zus van een mogelijke derde sigarettendief geld afgeperst. Zij vertelden dat haar broer hen geld schuldig was. Ze dreigden hem in een kofferbak te stoppen en zeiden dat hij `gewoon dood moest'.

De verdachten ontkennen of beroepen zich op hun zwijgrecht. Maar volgens de officier van justitie zijn de ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend bewezen. Er zijn de verklaringen van de slachtoffers en van verschillende getuigen. Hun verklaringen stroken ook met camerabeelden waarop de
auto's van de verdachten te zien zijn in de buurt van de genoemde plekken en tijdstippen.

De officier van justitie neemt het de vijf verdachten zeer kwalijk dat zij het recht in eigen hand hebben genomen en dat zij daarbij bovendien zeer gewelddadig zijn opgetreden. Zij eiste:

* Tegen de 49-jarige vader zeven jaar cel (voor ontvoering en afpersing van het eerste slachtoffer, voor poging doodslag en openlijk geweld in vereniging tegenover het tweede slachtoffer en voor afpersing van de zus van de mogelijke derde sigarettendief);
* tegen de 25-jarige zoon, de eigenaar van de sigarettenwinkel, dertig maanden cel (voor ontvoering en afpersing van het eerste slachtoffer en voor afpersing van de zus van de mogelijke derde sigarettendief);
* tegen de 23-jarige zoon veertig maanden cel (voor ontvoering en afpersing van het eerste slachtoffer, voor openlijk geweld in vereniging tegen het tweede slachtoffer en voor afpersing van de zus van de mogelijke derde sigarettendief). Omdat hij nog in zijn proeftijd liep van een eerdere
veroordeling (waarvoor hij voorwaardelijk in vrijheid was gesteld), vindt de officier van justitie dat ook die voorwaardelijke invrijheidstelling moet worden herroepen en hij het restant van zijn oude straf (237 dagen) alsnog moet uitzitten;
* tegen de 21-jarige zoon twaalf maanden cel waarvan zes voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar en verbeurdverklaring van zijn auto (voor medeplichtigheid aan de ontvoering en afpersing van het eerste slachtoffer door zijn familieleden steeds te vervoeren en voor openlijk geweld in
vereniging tegen het tweede slachtoffer);
* tegen de 31-jarige neef een maand cel (voor medeplichtigheid aan het openlijk geweld in vereniging tegen het tweede slachtoffer).

Daarnaast heeft de officier van justitie gevorderd dat de vader 10.000 euro smartengeld moet betalen aan het slachtoffer van het steekincident en 6.500 euro aan materiele schadevergoeding. Voor het slachtoffer van het openlijk geweld vorderde zij 500 euro aan smartengeld. Verder heeft zij
geeist dat de verdachten de door de zus betaalde 500 euro aan haar moeten terugbetalen.

Een zesde verdachte van het medeplegen van de ontvoering en de afpersing van het eerste slachtoffer zal zich later voor de rechter moeten verantwoorden. Omdat er ook nog andere strafzaken tegen hem lopen, zullen die later in samenhang aan de rechter worden voorgelegd. Deze verdachte zit in
voorlopige hechtenis.

De uitspraak is over twee weken.

Deel dit op

*