'Mbo kent indirect maximum aan lesuren'

'Hoe zit het met het mbo?', vragen docenten zich af toen de motie voor het maximum aantal lesuren in het primair en voortgezet onderwijs was aangenomen. Volgens AOb-bestuurder Tamar van Gelder is de cao in het mbo anders dan in die twee sectoren. Er zijn meer mogelijkheden voor docenten om het aantal lesuren te regelen.

Afgelopen dinsdag stemde de Tweede Kamer in met een motie van D66 en PvdA voor een maximum aantal lesuren in het primair onderwijs en voortgezet onderwijs. Leraren houden op die manier meer tijd over om het onderwijs te verbeteren.

Bij de AOb kwamen vragen binnen van mbo-docenten. Hoe is het daar geregeld en is een motie met een maximum aantal lesuren ook niet handig in die sector? D66-Kamerlid Paul van Meenen liet via Twitter weten dat in het mbo de 'regelruimte' om de uren in te delen al groter is dan in het funderend onderwijs.

AOb-bestuurder Van Gelder benadrukt dat de AOb het mbo niet is vergeten. "Werkdruk in het mbo staat hoog op de agenda en in de lobby naar de Tweede Kamer", zegt ze. "In het mbo is ook ruimte nodig voor de ontwikkeling van het onderwijs, zeker met de invoering van de nieuwe kwalificatiedossiers en de keuzedelen. Alleen in het mbo beslissen onderwijsteams vaak samen over de verdeling van lesuren en inzet van mensen."

Wat is mogelijk?

Indirect kent het mbo al een maximum aantal lesuren, legt Van Gelder uit. Ze verwijst naar hoofdstuk 3 van de huidige cao-mbo. Daar staat dat de normjaartaak 1659 uur bedraagt. Als een onderwijsteam er samen niet unaniem uitkomt, dan moet de cao volledig worden toegepast. Dat betekent: 1200 klokuren lesgebonden activiteiten en 40 procent van die tijd moet ingeruimd worden voor de voorbereiding en nazorg. "Docenten mogen per jaar maximaal 857 uur voor de klas staan. Als je uitgaat van 40 onderwijsweken betekent dat rond 21,4 uur per week", zegt Van Gelder. Als docenten teveel worden ingezet kunnen ze naar de Ondernemingsraad stappen.

De AOb ziet wel dat docenten binnen een onderwijsteam behoefte hebben aan een richtlijn om de verhouding aan te geven tussen lesgeven en ontwikkeltaken. "Het thema werkdruk blijft daarom hoog op de agenda staan, maar docenten moeten wel weten wat hun rechten en plichten nu al zijn", zegt Van Gelder. De AOb is van plan om in het najaar bijeenkomsten te houden over de rechten en plichten van onderwijspersoneel.