In hoger beroep 4 jaar cel geeist voor seksuele uitbuiting van jonge..
25 maart 2016 - Ressortsparket
De advocaat-generaal (OM) in Arnhem heeft in hoger beroep vier jaar cel geeist waarvan een jaar voorwaardelijk met een proeftijd van vijf jaar tegen een 35-jarige man uit Almere. In de visie van het OM heeft hij zich schuldig gemaakt aan seksuele uitbuiting van zijn toen 22-jarige vriendin
gedurende een periode van elf maanden in 2012 en 2013 in Enschede.
In de visie van het OM is er ruimschoots voldoende bewijs in het dossier aanwezig om te stellen dat het slachtoffer tijdens haar relatie met verdachte seksueel door hem is uitgebuit. Zij werd door verdachte in de prostitutie gebracht en moest haar verdiensten (grotendeels) aan hem afgeven.
"Verdachte kan gezien worden als een zogenaamde `pooierboy'. Binnen de relatie voerde hij de boventoon en creeerde hij een situatie waarbij hij misbruik heeft kunnen maken van de kwetsbare positie van het slachtoffer. Hij ging daarbij geraffineerd, manipulerend, bedreigend en gewelddadig te
werk. Hij heeft misbruik gemaakt van haar liefde voor hem, haar schulden en haar positie als alleenstaande moeder. Door zijn overwicht is het slachtoffer voor hem de prostitutie ingegaan en aanzienlijke tijd blijven werken volgens de regels van verdachte. Daarbij werd geweld of dreiging met
geweld niet geschuwd", aldus de advocaat-generaal.
Verdachte handelde samen met een andere vrouw, met wie hij ook een relatie had. Deze vrouw is inmiddels onherroepelijk veroordeeld voor het medeplegen van de uitbuiting tot een deels voorwaardelijke gevangenisstraf en een werkstraf. De `hoofdrol' bij het strafbare handelen lag echter bij de
verdachte.
De rechtbank legde verdachte 30 maanden celstraf waarvan zes maanden voorwaardelijk op met een proeftijd van twee jaar. De officier van justitie had 45 maanden onvoorwaardelijke celstraf geeist. Zowel het OM als de verdachte stelden hoger beroep in. Het hoger beroep van het OM richt zich tegen
de opgelegde straf.
De Reclassering heeft geadviseerd tot een voorwaardelijk strafdeel met de bijzondere voorwaarde van reclasseringstoezicht. De Reclassering acht langdurige begeleiding van verdachte noodzakelijk om herhaling te voorkomen. Verdachte is in het verleden eerder voor onder andere geweldsdelicten
veroordeeld. De advocaat-generaal neemt het advies over. Ook het verzoek van het slachtoffer om een zo lang mogelijk contactverbod speelt daarbij een rol. Wel komt de advocaat-generaal tot een aanzienlijke hogere strafeis dan de straf die door de rechtbank is opgelegd en een veel langere
proeftijd. "Het langere onvoorwaardelijk deel drukt de ernst van de feiten uit en de gevolgen die de feiten hebben gehad voor het slachtoffer. Zij ondervindt nog steeds heel veel last van hetgeen haar door toedoen van verdachte is overkomen. Zij kan nog steeds niet werken of een opleiding
volgen, ze is erg bang voor verdachte en heeft grote moeite om mensen te durven vertrouwen." De advocaat-generaal vindt dat het voorwaardelijk deel substantieel moet zijn, net als de proeftijd, om verdachte te weerhouden nieuwe strafbare feiten te plegen, hem daadwerkelijk aan
gedragsverandering te laten werken en het slachtoffer zo lang mogelijk `rust' te gunnen door het contactverbod.
Uitspraak (naar verwachting) over twee weken.
Deel dit op
*