Geld voor onderzoek naar complicatie staaroperatie

10 maart 2016 | NIEUWSBERICHT

Dr. Jan-Willem Beenakker heeft de ESCRS Clinical Research Award gekregen ter waarde van 700.000 euro. Daarmee gaat hij een nieuwe techniek ontwikkelen om negatieve dysfotopsie te voorkomen. Negatieve dysfotopsie is een beperking van het gezichtsveld als complicatie van een staaroperatie.

Dr. Jan-Willem BeenakkerStaar is de meest voorkomende oorzaak van blindheid en wordt over het algemeen effectief behandeld door de troebele ooglens te vervangen door een kunstlens. Een deel van de patienten ontwikkelt na de operatie echter negatieve dysfotopsie, waardoor ze een deel van hun gezichtsveld moeten missen. Deze patienten hebben als het ware een soort van tunnelvisie, wat een ernstige belemmering is in hun dagelijks leven. Tot op heden zijn er geen technieken om de oorzaak van deze klachten te vinden, laat staan ze te verhelpen.

MRI van de ogen

Beenakker is als natuurkundig onderzoeker verbonden aan de afdeling Oogheelkunde van het LUMC en het C.J. Gorter Center for High Field MRI. Hij heeft MRI-technieken van de ogen ontwikkeld en past dit toe om de diagnose en behandeling van verschillende oogheelkundige aandoeningen, zoals oogtumoren en refractieve afwijkingen, te verbeteren. Met MRI wil Beenakker patient-specifieke oogmodellen maken die tonen hoe het licht door de ogen gaat. Daarmee moet de oorzaak van de klachten te ontrafelen zijn. Vervolgens kan de huidige behandeling aangepast worden om de klachten te voorkomen.

De ESCRS, de Europese vereniging van cataract (staar)- en refractiechirurgen, geeft jaarlijks 700.000 euro aan een onderzoeker voor baanbrekend onderzoek in de refractiechirurgie.