Informele zorg en ondersteuning: dat roer moet echt om!
Het roer moet om: actieve bewoners, mantelzorgers en vrijwilligers moeten nu echt die reeds lang beloofde zichtbare positie, invloed en zeggenschap krijgen. Om alles uit het zelforganiserend vermogen van de samenleving te halen moeten burgers, organisaties en overheden meer als partners samenwerken. Dat stelt het rapport Burgers aan het roer.
Aly van Beek, directeur van de MOgroep, overhandigde als voorzitter van de Werkgroep Burgers aan het Roer, het rapport aan staatssecretaris Martin van Rijn (VWS). Van Rijn zegde hierbij toe met de Werkgroepen Toekomstagenda Informele Zorg een gezamenlijke visie te zullen ontwikkelen op die broodnodige andere insteek voor de informele zorg.
Hoe kunnen organisaties, overheden en burgers beter aansluiten bij de drijfveren van burgers zelf om maatschappelijk actief te worden en wat betekent deze kanteling voor de rolverdeling tussen burgers, organisaties en overheden? De breed samengestelde werkgroep met actieve bewoners, clientenplatforms, georganiseerd vrijwilligerswerk, ouderenbonden, zorg - en sociaalwerkorganisaties en gemeenten boog zich een jaar lang over die vraag.
De MOgroep heeft daarbij steeds weer dat brede palet aan vrijwillige inzet, dat Nederland rijk is voor ogen van de werkgroepdelenemers gehouden. Van het georganiseerde, bestaande vrijwilligerswerk met jarenlange ervaring tot nieuwe fenomenen als buurthuizen-in-zelfbeheer, zorgcooeperaties en bewonersbedrijven. Maar ook de nieuwe aanpakken met kwetsbare burgers, waarbij hulpvragers weldegelijk kunnen veranderen in actieve burgers met betekenis voor een ander; met vaak toch enige, of juist veel ondersteuning. In dat nieuwe samenspel is geen vaste rolverdeling mogelijk: per situatie moet met elkaar bekeken worden wat wenselijk is. "De overheid moet in dit proces niet loslaten, maar anders vasthouden de beroepskracht moet niet op zijn handen zitten maar present zijn."
Het rapport Burgers aan het roer is toegevoegd aan de herdruk van de Toekomstagenda Informele zorg en ondersteuning.
Deze Toekomstagenda bevat aanbevelingen en actiepunten rondom vijf thema's:
- verbetering van de samenwerking tussen formele en informele zorg;
- goede toerusting en ondersteuning van mantelzorgers en zorgvrijwilligers;
- deskundigheidsbevordering van beroepskrachten met name als het gaat om de samenwerking met mantelzorgers en zorgvrijwilligers;
- betere aansluiting bij nieuwe vormen van vrijwilligerswerk;
- burgers aan het roer.
De voorzitters van de vijf werkgroepen van de Toekomstagenda hebben van Rijn opgeroepen om (ook) op landelijke niveau aandacht te blijven genereren voor informele zorg. Overheden en landelijke partijen moeten hun rol pakken bij het wegnemen van (wettelijke) belemmeringen, het verzamelen en verspreiden van goede voorbeelden en het gericht ondersteunen van de lokale praktijk.
De staatssecretaris heeft toegezegd te bezien hoe de hij partijen kan ondersteunen. Ook heeft hij de voorzitters uitgenodigd om te komen met een gezamenlijke visie over de positie van informele zorg in de samenleving. Hier geven de voorzitters graag gehoor aan en de MOgroep doet hier uiteraard aan mee.
Bron: VWS, MOgroep