Web only | ma 18 jan 2016

Redactie Bram de Waal

Drie mannen die verdacht waren van betrokkenheid bij de liquidatie van Willem Endstra zijn vandaag vrijgesproken. De rechtbank in Amsterdam vindt hun rol niet overtuigend bewezen. De uitgebreide verklaringen van een beschermde getuige, de Turkse drugscrimineel Hidir K., kunnen volgens de rechter niet als bewijs worden gebruikt.

"Onderwereldbankier" Willem Endstra werd op 17 mei 2004 voor zijn kantoor doodgeschoten. De Rus Namik Abassov die het Openbaar Ministerie (OM) ervan verdacht daadwerkelijk Endstra te hebben doodgeschoten, staat niet terecht. Hij overleed in maart 2012 in zijn cel aan een hersenbloeding. In het vonnis van vandaag, acht de rechtbank het aannemelijk dat Abassov de moord heeft gepleegd.

Twee van de drie verdachten die voor de rechter stonden, de Alkmaars-Turkse neven Ali N. (31) en Oezguer C. (35), zaten veertien maanden in voorarrest, maar zijn inmiddels al jaren op vrije voeten. Tegen hen was veertien jaar geeist. Beiden hebben steeds ontkend. De derde verdachte, Ziya G., kwam tijdens het proces niet opdagen. Hij is in Turkije en tot dusver voortvluchtig gebleven. Tegen hem eiste de aanklager 16 jaar cel.

Het trio zou voorafgaand aan de moord de situatie rond het kantoor van Endstra aan de Apollolaan in Amsterdam Oud-Zuid hebben verkend en geobserveerd. Volgens de rechtbank is het mogelijk dat ze in de buurt waren, maar is er niet genoeg bewijs om ze te veroordelen. De belastende verklaring van Hidir K. bevatte volgens de rechtbank onjuistheden, discrepanties, onduidelijkheden en tegenstrijdigheden. Er is rond de drie ,,veel dat stinkt'', aldus de rechtbank. Maar dus niet genoeg. Hun betrokkenheid bij deze geruchtmakende liquidatie staat volgens de rechtbank niet onomstotelijk vast.