"Zelfs bij forse tegenwind presteert de Nederlandse land- en tuinbouw bijzonder goed." Zo analyseert Albert Jan Maat de jongste cijfers van de Nederlandse agrarische export. Die steeg vorig jaar met bijna 700 miljoen euro naar 82,4 miljard euro. Maar het beeld is divers: zuivel en vlees hadden het lastig, terwijl groenten, fruiten, bloemen en planten een goed exportjaar achter de rug hebben.

Onder meer vanwege de Russische boycot moesten boeren en tuinders in 2015 op zoek naar nieuwe afzetmarkten. Maat: "Het ministerie van Economische Zaken (EZ) en bedrijfsleven hebben daarin samen opgetrokken. Die samenwerking is essentieel, wil een land economisch succesvol zijn."

De Nederlandse agrarische handel is vooral gericht op landen binnen de Europese Unie. Er ging in 2015 ruim 20 miljard euro (25 procent) naar Duitsland, en dat land is daarmee de belangrijkste handelspartner binnen de EU. Belgie, Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Italie zijn goed voor respectievelijk 10,3 miljard euro, 8,3 miljard euro, 6,9 miljard euro en 3,3 miljard euro. Bloemen en planten zijn wereldwijd erg in trek. Nederland exporteert voor ruim 8 miljard euro aan deze producten. Verder exporteert Nederland voor zo'n 7,7 miljard euro aan vlees, voor 7,2 miljard euro aan zuivel en eieren, voor 6,2 miljard euro aan groente en voor 4,9 miljard euro aan fruit.

De waarde van de import groeide in 2015 overigens sneller dan de waarde van onze export, waardoor het agrarisch handelsoverschot daalde van 28,7 naar 26,4 miljard euro. Dat overschot is volledig te danken aan de EU: met de rest van de wereld is sprake van handelstekort. Dat onderstreept andermaal het belang van de EU voor de Nederlandse land- en tuinbouw.

15 januari 2016