Wetsvoorstel kleine klassen: wat vind jij ervan?

Per direct een einde aan de `monsterklassen' van dertig of meer leerlingen in het basisonderwijs, in plaats daarvan moet op een school het gemiddelde aantal leerlingen 23 worden per leraar. Dat beoogt het wetsvoorstel kleine klassen van SP-Kamerlid Tjitske Siderius. Leraren, ouders en schoolbesturen kunnen nu laten weten wat ze ervan vinden.

Via Overheid.nl is het hele initiatiefwetsvoorstel te lezen. Docenten en schoolbesturen kunnen suggesties doen voor verbeteringen tot 12 februari 2016. Het voorstel kan daarna nog worden aangepast voordat het bij de Tweede Kamer wordt ingediend.

Afgelopen september presenteerde Siderius de wet. De SP wil een harde grens stellen aan de klassengrootte. `Klassenverkleining is vooralsnog afhankelijk gemaakt van de bereidwilligheid en willekeur van individuele schoolbesturen', zei Siderius eerder op de website van de SP. Kleine klassen zijn beter voor de onderwijskwaliteit en verminderen de werkdruk van docenten. Het Onderwijsblad schreef eerder al over grote klassen in het primair onderwijs. Drie leraren deelden toen hun ervaringen over lesgeven aan klassen van bijvoorbeeld 37 leerlingen. `In de grootte zit hem de zwaarte niet, maar in het aantal zorgleerlingen', zei een leraar destijds.

Kleinere klassen

Sinds begin dit jaar kunnen leraren hun mening geven over het wetsvoorstel dat als doel heeft de klassen te verkleinen. Wat staat er onder meer in het voorstel? De leraar-leerlingratio, het aantal leerlingen per leraar, daalt per direct naar 29 en op termijn naar gemiddeld 23 leerlingen per docent. Ook moeten schoolbesturen de groepsgrootte gaan verantwoorden aan de Onderwijsinspectie.

Reageer ook via: https://www.internetconsultatie.nl/kleineklassen