Provincies blij met vaststelling Wet natuurbescherming
Provincies blij met vaststelling Wet natuurbescherming
16 december 2015
De Eerste Kamer heeft op 15 december ingestemd met het wetsvoorstel natuurbescherming. De decentralisatie van het natuurbeleid is hiermee een feit.
Met de Wet natuurbescherming worden de verschillende bestaande wetten samengevoegd tot een overzichtelijke wet. De decentralisatie van het natuurbeleid naar de provincies is met het aannemen van de wet ook wettelijk verankerd. De verantwoordelijkheid voor het natuurbeleid en de uitvoering daarvan, ligt nu bij de provincies. Daarmee is het decentralisatieproces, dat in 2011 is begonnen met de onderhandelingen over het bestuursakkoord natuur, formeel bekrachtigd. Zoals provincies al hebben laten zien in de voortgangsrapportage natuur, zijn zij inmiddels al voortvarend aan de slag met het natuurbeleid.
In het debat hebben de staatssecretaris, en verschillende woordvoerders van partijen, hun vertrouwen uitgesproken in de aanpak van de provincies. Enkele moties, die erop toezagen om vanuit het Rijk nog nadere regels te stellen aan de provinciale aanpak, werden daarom ook verworpen.
Moties
Een tweetal moties behaalde een meerderheid in de Kamer. De motie ingediend door dhr. Verheijen (PvdA) waarin wordt opgeroepen met provincies en maatschappelijke partijen (KNJV, LTO, Dieren- en Faunabescherming, Natuurmonumenten, etc.) in overleg te treden over de deelname van partijen in de faunabeheereenheden (FBE's) kreeg een kamerbrede steun. Doel is een brede samenstelling van de FBE's ten behoeve van een maatschappelijk gedragen faunabeleid. Daarnaast was er steun voor de motie van mw. Vos (GroenLinks) waarin de regering wordt opgeroepen vanuit de systeemverantwoordelijkheid zorg te dragen voor een goede handhaving van het wetsvoorstel. IPO, VNG en ministerie zijn hierover al in gesprek met elkaar.