Sas van Vreeswijk aan de slag met bouw 3e kolk Beatrixsluis en verbreding Lekkanaal
Sas van Vreeswijk aan de slag met bouw 3e kolk Beatrixsluis en verbreding Lekkanaal
Nieuwsbericht - Gepubliceerd op: 16 december 2015- Laatste update: 16 december 2015 10:04 uur
Rijkswaterstaat heeft de bouw van de 3e kolk Beatrixsluis en de verbreding van het Lekkanaal begin december definitief gegund aan Sas van Vreeswijk. Sas van Vreeswijk is een combinatie van aannemer Besix en investeerders RebelValley en TDP, ondersteund door grondverzetbedrijf Martens en Van Oord en Agidens voor de elektromechanica. De aannemerscombinatie neemt niet alleen het ontwerp, de bouw en financiering op zich, maar ook het onderhoud van het gehele sluizencomplex en Lekkanaal gedurende 27 jaar.
Nico de Koning links en Rens van Twisk rechts 1280x640 Nico de Koning (Sas van Vreeswijk, links) en Rens van Twisk (Rijkswaterstaat, rechts) blikken tevreden terug op de aanbesteding.
Rens van Twisk, contractmanager bij Rijkswaterstaat, en Nico de Koning, tendermanager bij Sas van Vreeswijk, blikken terug op het afgelopen jaar en kijken vooruit naar de start van de bouw in september 2016.
`We zijn uiteraard ontzettend blij dat Rijkswaterstaat ons dit mooie project heeft gegund,' vertelt Nico de Koning. `Wij kunnen terugblikken op een uitdagend aanbestedingstraject, met veel vrijheid om innovatieve oplossingen te bedenken. Zo heeft de 3e kolk in ons ontwerp dubbele roldeuren aan beide kanten, uniek in de binnenvaart.'
Rens van Twisk: `Deze oplossing was een van de redenen waarom we uiteindelijk voor Sas van Vreeswijk hebben gekozen. Want als een deur beschadigd raakt - bijvoorbeeld na een zware aanvaring - dan kan de sluis toch in bedrijf blijven. Voor de beheerder is dat prettig, maar nog meer voor de passerende schepen. Vervelende wachttijden behoren tot het verleden. Een ander pluspunt van dit ontwerp is dat Sas van Vreeswijk de wanden van de 3e kolk hindervrij realiseert met behulp van diepwanden. Dat voorkomt trillingen, die nadelig kunnen zijn voor de bestaande constructie. Tegelijkertijd scheelt dat geluidbelasting, waardoor omwonenden minder overlast ervaren.'
Hoe kijken jullie terug op de aanbestedingsfase?
Van Twisk: `Erg positief. Er meldden zich eind 2014, aan het begin van de aanbesteding, in totaal 3 marktpartijen aan. Dat was een lager aantal dan we hadden gedacht, maar wel genoeg voor een succesvol vervolgtraject. Bovendien kwam daarmee de eerste dialoogronde te vervallen. Die tijdwinst hebben we in overleg gebruikt om extra met de verschillende marktpartijen te praten. In die zogeheten dialooggesprekken schoven ook experts op andere gebieden aan, bijvoorbeeld van het waterschap en de gemeente.'
De Koning: `We hebben ervoor gekozen om ons ontwerp al in een vroeg stadium op tafel te leggen. Zo konden we onze overwegingen en dilemma's met Rijkswaterstaat delen. Dat daarbij alle kennis aan tafel zat, werkte heel prettig, net als de aanwezige deskundigheid en zorgvuldigheid. Werd er iets gezegd, dan klopte dat inhoudelijk altijd. Ook kregen we snel reactie, wanneer we naderhand nog vragen hadden.'
Van Twisk: `Met deze open opstelling wilden we marktpartijen helpen de best mogelijke aanbieding te maken. Behalve dat wij ons licht konden laten schijnen op de plannen, weten we nu ook dat de oplossing voldoet. Zo komt Rijkswaterstaat straks niet voor onaangename verrassingen te staan. Ik ben erg trots op dit resultaat. De oplossingen van Sas van Vreeswijk overtroffen de verwachtingen van Rijkswaterstaat!'
Een belangrijk thema in die gesprekken was wie welke risico's draagt. Waar had dat mee te maken?
Vernieuwend is de manier waarop de risico's zijn gedeeld in het contract. Ondanks dat het contract veel verantwoordelijkheid laat aan de markt, worden daar niet automatisch alle risico's neergelegd. Rijkswaterstaat en consortium nemen ieder (delen van) risico's voor hun rekening die zij het beste kunnen beheersen tegen de laagste maatschappelijke kosten.
Van Twisk: `Sas van Vreeswijk verzorgt niet alleen de nieuwbouw, maar is straks ook 27 jaar verantwoordelijk voor het onderhoud van het gehele complex en Lekkanaal. Daar zit dus ook het bestaande sluiscomplex uit 1938 bij. Omdat een groot deel van deze constructie zich onder water en in de grond bevindt is het lastig kijken `onder de motorkap'. Het zomaar neerleggen van alle risico's bij de markt geeft problemen. Dit vraagt wel een zorgvuldige aanpak. We zijn nu overeengekomen dat Sas van Vreeswijk de schades, zoals kleine scheuren in het beton, tot een bepaald drempelbedrag voor zijn rekening neemt. Rijkswaterstaat draagt het restrisico, mochten zich onvoorziene grote problemen voordoen.'
De Koning: `Het initiatief om risico's te voorkomen of weg te nemen ligt in eerste instantie wel bij ons. En dat vraagt goed huisvaderschap. Bovendien ligt het drempelbedrag waarbinnen wij verantwoordelijk zijn voldoende hoog, zodat wij worden gestimuleerd om mogelijke schades voor te zijn of snel te verhelpen.'
De schop gaat in september 2016 de grond in. Wat gaat er de komende 9 maanden nog gebeuren?
De Koning: `Naast het uitwerken van het ontwerp, voorbereidende werkzaamheden en het verkriigen van de laatste vergunningen gaan we samen met Rijkswaterstaat de precieze uitvoering uitwerken, zodat we straks van start kunnen met overeenstemming over alle belangrijke zaken. Een zorgvuldige afronding van die processen zorgt voor een beheerste start volgens planning.'
Van Twisk: `De komende maanden vinden er verschillende grondonderzoeken plaats, bijvoorbeeld naar mogelijke archeologische vondsten. Als je dat op tijd weet, kan ook daarmee vertraging bij de start worden voorkomen. Omwonenden en bedrijven zullen daar overigens weinig van merken.'
Nico: `De komende maanden zullen we, op verschillende momenten, ont ontwerp en uitvoeringsplan toelichten aan Schuttevaer, ambtelijke en bestuurlijke contactpersonen en tijdens informatiebijeenkomsten voor belangstellenden. Wij hebben er veel zin in en kijken ernaar uit om in september daadwerkelijk ook buiten aan de slag te gaan!'