Beslissing over oldtimermaatregel valt na Kamerreces


13 oktober 2015 , Specialisten

Een stemming in de vaste Tweedekamer Commissie Financien over enkele moties betreffende de gevolgen van de verhoogde accijns op brandstof en de MRB-regel voor klassieke voertuigen is gisteren uitgesteld tot na het herfstreces van de Tweede Kamer (16 tot en met 26 oktober).

Het debat vond plaats naar aanleiding van een initiatiefnota van Pieter Omtzigt (CDA) waarin hij zijn vraagtekens zet bij de geraamde opbrengsten voor accijns en de oldtimermaatregel.

De moties hebben als inzet de tussen 25 jaar (of 30 jaar) en 40 jaar oude lpg- en dieselvoertuigen toegang te verlenen tot de overgangsregeling (en dus te ontzien van de huidige hoge motorrijtuigenbelasting) en om ervoor te zorgen dat toetreding tot de overgangsregeling voor alle voertuigen
ouder dan 30 jaar mogelijk is en niet alleen voor voertuigen met datum eerste toelating tot en met 31 december 1987.

Petitie FEHAC
Voorafgaand aan het debat bood belangenorganisatie FEHAC de Kamercommissie een petitie aan die eigenaren steunt van een diesel of lpg gestookte klassieke auto en die slechts sporadisch rijden. Zij worden "buitengewoon zwaar getroffen" door de nieuwe MRB-regel, aldus de petitie, en hebben vaak
hun voertuig moeten verkopen of schorsen. De petitie bepleit niet de algehele afschaffing van de MRB voor oldtimers. Ook de 120 euro-regeling staat niet ter discussie. Dat is een gelopen race en verder verzet daartegen stuit op weerstand.

Kort gezegd vindt FEHAC dat alle jonge oldtimers tot 40 jaar toegang moeten krijgen tot de overgangsregeling. Dat daarvoor een bescheiden bedrag aan MRB betaald moet worden en deze klassiekers niet in de wintermaanden op de weg mogen komen acht FEHAC billijk. Het dagelijks gebruik van deze
voertuigen acht FEHAC ongewenst en dient te worden ontmoedigd.