Salo Muller herinnert aan zijn pijnlijke jeugd in de oorlog

PERSBERICHT

Hooghalen, 17 september 2015

Salo Muller herinnert aan zijn pijnlijke jeugd in de oorlog

“Er gaat geen dag voorbij of ik moet wel even huilen”

Op zondag 27 september vertelt onderduik overlevende Salo Muller in het museum van Kamp Westerbork zijn levensverhaal. “Tot vanavond en lief zijn hoor.” Dat waren de laatste woorden van Salo’s moeder toen ze hem in 1941 naar school bracht. Enkele uren later werd ze bij een razzia opgepakt en samen met haar man afgevoerd naar Westerbork, het tussenstation naar de eindbestemming Auschwitz. De ouders van Salo werden daar vermoord. Hij moest zelf als kind van 5 jaar onderduiken. Salo vertelt over het effect dat de Tweede Wereldoorlog op zijn leven heeft gehad in het museum van Kamp Westerbork.

Salo Muller is in 1936 in Amsterdam geboren. Nadat zijn ouders waren opgepakt kwam Salo, via de crèche tegenover de Hollandsche Schouwburg, terecht bij zijn oom Louis en tante Ju. “Ik was weg uit die rare crèche en weer veilig bij mijn oom en tante. Totdat ik zag dat mijn tante een klein koffertje inpakte. Dat was voor mij. Ik moest dezelfde avond alweer weg. Ik begon mijn tocht langs verschillende adressen. Van Amersfoort naar Zaandijk, naar Koog aan de Zaan en naar Friesland. Ik vond het naar en eng om onderweg te zijn. Je ging naar het onbekende, waar je steeds weer met nieuwe, vreemde mensen moest omgaan.”

Uiteindelijk verbleef Salo, onder de schuilnaam Japje Mulder, tot het eind van de oorlog bij pleegouders in het Friese Ureterp. Toen tante Ju na de bevrijding Salo kwam ophalen, raakte hij helemaal in de war. Moest hij nu ook weer uit Ureterp weg? En zou hij nu zijn vader en moeder weer terugzien? De angst om alweer onderweg te zijn naar een onbekende omgeving, maakte Salo ziek en onzeker. Bij de begrafenis van tante Ju realiseerde Salo zich dat zijn eens zo grote familie niet meer bestond. “Er gaat geen dag voorbij of ik moet wel even huilen.” Dit was reden voor hem om zijn herinneringen aan zijn Joodse familie en zijn pijnlijke jeugdjaren vast te leggen in het boek Tot vanavond en lief zijn hoor!.

Na de oorlog werd Salo fysiotherapeut en maakte in deze functie de grote successen van Ajax in de jaren zeventig mee. Hij zat naast Rinus Michels op de bank en behandelde de kwetsuren van grote voetballers zoals Johan Cruijff. De pijnlijke jeugd van Salo is van grote invloed geweest op zijn verdere leven. “Ik had last van extreme verlatingsangst, vooral bij Europese uitwedstrijden.” Tot op de dag van vandaag loopt Salo rond met de vraag hoe dit heeft kunnen gebeuren.

De lezing van Salo Muller begint zondag 27 september om 14.00 uur in het museum van Kamp Westerbork. Na afloop zal hij zijn boek Tot vanavond en lief zijn hoor! (te koop in de museumwinkel voor € 9,95) signeren. Toegang tot de lezing is bij de prijs van het museum inbegrepen.