Amsterdamse Lerarenbeurs populair

Docenten in Amsterdam maken flink gebruik van de Lerarenbeurs. Onderwijswethouder Simone Kukenheim (D66) laat weten dat het storm loopt. Om geen leraren af te wijzen heeft het college besloten 700.000 euro van het budget voor de komende jaren al dit jaar uit te geven.

Vanaf dit schooljaar konden leraren maximaal 2000 euro subsidie krijgen om zichzelf te ontwikkelen. "De beurs is echt een succes en het aantal aanvragen is boven verwachting hoog", zegt Angele Koenis, woordvoerder van wethouder Kukenheim.

De gemeente Amsterdam hoopte dat in vier jaar tijd 3200 Amsterdamse leraren de beurs zouden aanvragen. Er zijn nu in het eerste jaar al 1242 aanvragen van leraren uit het primair, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs. "Eenderde van de doelstelling is dus nu al behaald", zegt Koenis.

Aanvragen

Vooral basisschoolleraren en docenten op middelbare scholen wisten de beurs te vinden. 639 leraren uit het po vroegen de beurs aan en 546 uit het vo. Het mbo bleef met 57 aanvragen wat achter met, maar dat kan met de korte aanvraagtermijn te maken hebben, volgens de woordvoerder.

De aanvragen varieerden enorm. Docenten willen bijvoorbeeld leren over het gebruik van nieuwe media in de klas en de manier waarop ze moeilijke maatschappelijke thema's kunnen aankaarten bij leerlingen. Zo vroeg een docent Maatschappijleer subsidie aan voor een training over het bespreken van de Holocaust in de klas. Ook waren er leraren die juist verdieping wilden in hun eigen vakgebied. Volgens de wethouder kwamen veel aanvragen terug die gingen over differentiatie en het motiveren van leerlingen. In het mbo was er veel aandacht voor de belevingswereld van jongeren.

Scholenbeurs

Scholen konden dit schooljaar ook een beurs aanvragen, bijvoorbeeld om hun taalonderwijs te ontwikkelen. 125 scholen hebben de subsidie gekregen. Ook deze beurs was `overvraagd'. Maar hiervoor wordt geen geld voor `naar voren' gehaald. Volgend jaar kunnen scholen zich weer inschrijven.

"Deze beurzen laten zien dat je leraren zelf zeggenschap en verantwoordelijkheid kunt geven over het opvullen van hun professionele ruimte. Je moet niet alles altijd willen opleggen. Leraren moeten geen uitvoerders zijn van ideeen die ergens anders zijn bedacht", aldus de woordvoerder.