CTIVD onderzoekt klacht afluisteren gesprekken militairen met hun advocaat
CTIVD onderzoekt klacht afluisteren gesprekken militairen met hun advocaat
De Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten, de CTIVD, gaat de klacht onderzoeken naar het stelselmatig afluisteren van gesprekken tussen militairen op missie en hun advocaat. De MIVD, de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst, neemt standaard alle gesprekken op van militairen op missie, ook de vertrouwelijke gesprekken tussen een advocaat en een militair. De informatie uit die gesprekken kan ook gebruikt worden door het Openbaar Ministerie. “Dit schendt de grondrechten van de militair. Iedereen heeft recht op vertrouwelijke communicatie met zijn advocaat. Ik ben blij dat de CTIVD de ernst inziet en mijn klacht gaat onderzoeken”, aldus advocaat Sébas Diekstra in EenVandaag. Diekstra maakte de klacht aanhangig namens de Raad van Europese Balies
Vertrouwelijk contact met advocaat
De CTIVD bevestigt aan EenVandaag dat zij een onderzoek is gestart naar de klacht. Als het onderzoek afgerond is zal zij een vertrouwelijk advies uitbrengen aan de minister. Mocht de minister dit advies negeren, dan wordt het advies doorgestuurd aan de indiener van de klacht die dit alsnog openbaar kan maken. De gesprekken waar advocaat Diekstra op doelt vinden meestal plaats vlak voor een verhoor van een militair door de Koninklijke Marechaussee. De verdachte militair heeft recht op een gesprek met zijn advocaat en wordt dan doorverbonden door de Marechaussee met de advocaat. Diekstra: “Dit gesprek is vertrouwelijk, we bespreken dan de verdenking die er tegen de militair ligt en ik geef advies. Dat is informatie waarvan je niet wilt dat deze één op één bij het Openbaar Ministerie belandt.”
Uitspraak rechtbank Den Haag
Op 1 juli bepaalde Haagse rechtbank dat de AIVD en de MIVD moeten stoppen met het aftappen van vertrouwelijke gesprekken tussen verdachte militairen en hun advocaat. Ook moet er een onafhankelijk orgaan komen dat vooraf afluisteren kan toetsen en indien nodig ook tegen kan houden. De rechtbank geeft de inlichtingendiensten tot 1 januari 2016 de tijd op het beleid aan te passen. Doet men dat niet, dan moet de staat stoppen met afluisteren van cliëntgesprekken met hun advocaat.