Besturen fusiewaterschap akkoord over kostentoedeling - WGS


Gepubliceerd op 10 september 2015

De Algemeen Besturen van de waterschappen Groot Salland en Reest en Wieden vergaderden dinsdagavond over het voorstel voor de belastingtarieven. De fusie van de waterschappen Reest en Wieden en Groot Salland heeft tot gevolg dat de belastingtarieven van de beide waterschappen gelijk worden
getrokken.

De feitelijke hoogte van de waterschapsbelasting is pas in november bekend, na de behandeling van de begroting voor het nieuwe waterschap door de beide Algemeen Besturen.
De belastingstijging zal in de praktijk voor een aantal groepen volgend jaar vermoedelijk minder fors uitvallen door de jaarlijkse besparing van ca. 5 miljoen euro als gevolg van de fusie. Daarnaast wordt voorgesteld om de EUR 3,8 miljoen egalisatiereserves in 2016 beschikbaar te houden om een
te forse stijging te voorkomen.

Gevolgen

Besloten is dat de inwoners van Groot Salland meer waterschapsbelasting gaan betalen en de inwoners van Reest en Wieden minder. Voor agrariers is het net andersom. De agrariers in het gebied van Groot Salland betalen volgend jaar minder en die van Reest en Wieden meer. De eigenaren van
natuurterreinen in beide waterschappen betalen voortaan meer.

Motie

De agrariers in het gebied van Reest en Wieden krijgen te maken met een extra stijging omdat de waarde van landbouwgrond is toegenomen en zij voorheen een lager, niet kostendekkend belastingtarief hadden. De kosten werden deels uit reserves gefinancierd.
Daar komt bij dat de rechter recent een uitspraak heeft gedaan waardoor een aantal eigenaren van natuurgebieden een lagere belasting gaan betalen. Voorheen werden deze gebieden aangeslagen als agrarische gronden.
De fractie Agrarisch en overig Ongebouwd in het AB van Reest en Wieden kwam met een motie voor een eerlijker verdeling van de lasten. Het dagelijks bestuur, maar niet het hele Algemeen Bestuur, nam de motie over.

Waterbeheer vraagt meer uitgaven

De hoogte van de waterschapsbelasting wordt jaarlijks vastgesteld en voor een belangrijk deel bepaald door het vele werk dat de komende jaren op de waterschappen af komt, onder andere door klimaatverandering (droogte en vernatting), op het terrein van de waterveiligheid en de
rioolwaterzuivering.