Taakstraf geeist tegen bestuurder vuilnisauto
31 juli 2015 - Arrondissementsparket Amsterdam
De officier van justitie in Amsterdam heeft vanmiddag een taakstraf van 200 uur jaar geeist tegen de inmiddels 33-jarige bestuurder van de vuilnisauto die op 6 december 2013 bij een dodelijk ongeluk betrokken was. Ook eiste de officier de voorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid voor
de periode van een jaar.
Na onderzoek is de officier van justitie tot de conclusie gekomen dat de bestuurder `aanmerkelijk onvoorzichtig verkeersgedrag' kan worden verweten, dat is de lichtste vorm van schuld zoals omschreven in artikel 6 van de Wegenverkeerswet. De officier heeft geen onvoorwaardelijke ontzegging van
de rijbevoegdheid geeist omdat de verdachte zijn rijbewijs nodig heeft om zijn werk te kunnen doen.
Het ongeluk gebeurde op 6 december 2013 rond 9.30 uur op het Cornelis Troostplein in de Amsterdamse wijk De Pijp. Een meisje van 7 jaar oud werd op de fiets aangereden door de vuilnisauto op het moment dat zij de vuilnisauto aan de linkerkant passeerde. Diezelfde dag overleed het meisje in het
ziekenhuis aan haar verwondingen.
De Verkeersongevallen analyse (VOA) van de politie heeft het ongeluk gereconstrueerd waarbij onder meer gebruik is gemaakt van camerabeelden van het ongeval. Ook het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) heeft een bijdrage aan het onderzoek geleverd. Uit het onderzoek is komen vast te staan
dat het meisje enige tijd zichtbaar moet zijn geweest in de spiegels, maar dat ze dat niet was op het moment dat de bestuurder besloot weer te gaan rijden. De officier van justitie in zijn requisitoir: "Het kan niet anders zijn dan dat verdachte pas in zijn spiegels is gaan kijken op het
moment dat hij besloot weer te gaan rijden. Op dat moment bevindt het 7-jarige meisje zich op een plek naast de auto waarop zij zeer waarschijnlijk niet meer zichtbaar is in de spiegels."
Wat betreft de officier is er geen sprake van tijdelijke oplettendheid, maar van aanmerkelijk onvoorzichtig verkeersgedrag. "Onder de gegeven omstandigheden had de verdachte, zodra hij het signaal kreeg van zijn bijrijder dat deze klaar was, tijd moeten inruimen om fietsers die op dat moment
naast de vuilniswagen rijden - al dan niet in de dode hoek - als het ware in het zicht te laten komen."
Vervolging van de verdachte kan de verschrikkelijke gevolgen van het ongeluk niet terugdraaien. "Wat rest is naar verdachte in het bijzonder en naar de samenleving in het algemeen het belang van naleving van verkeersregels te onderstrepen."
Deel dit op
*