Brandstichtingen in Den Dolder; officier eist celstraf van 30 maanden
28 juli 2015 - Arrondissementsparket Midden-Nederland
Omdat de 47-jarige verdachte van de drie brandstichtingen in de nacht van 12 november 2014 in den Dolde, niet heeft meegewerkt aan het onderzoek, houdt de officier uit justitie hem volledig verantwoordelijk voor de feiten. Hij eiste een onvoorwaardelijke celstraf van 30 maanden tegen de Poolse
man.
Kort na middernacht werd een aantal kliko's in brand gestoken bij de apotheek aan de Doldersweg, waardoor er niet alleen gevaar was voor het winkelpand maar ook voor de zes personen die in de woning erboven waren. Later die nacht werd er kort na elkaar weer twee maal brand gesticht, een maal
in een tuinhuisje op de Paduaweg en de andere keer bij een overkapping van een schutting aan de Hezer Enghweg. In alle gevallen werden de branden tijdig ontdekt doordat men iets rook, of de overburen waarschuwden. Niemand raakte gewond, maar de schade en de onrust in Den Dolder waren groot.
De verdachte meldt zich daarna zelf bij de politie en bekent de feiten. Volgens de advocaat had hij de eerste brand alleen gezien en bedacht dat hij dat ook wilde doen. De officier vond dat de verdachte in alle drie de zaken echter zo specifiek had verklaard dat hem de drie branden zijn aan
te rekenen.
De reden dat de man de branden had gesticht was dat hij weer opgenomen wilde worden. "Het was een schreeuw om hulp", aldus de advocaat. De man is verslaafd, en toen hij na een periode van detentie en behandeling in een kliniek op 10 november 2014 weer op vrije voeten kwam, wist hij niet hoe
hij zich moest redden zonder geld, onderdak, familie of vrienden. Omdat hij helemaal niet heeft willen meewerken aan het onderzoek in het Pieter baan Centrum - uit angst voor tbs - hebben de deskundigen geen conclusies kunnen trekken. Er is zodoende geen advies over de mate van
toerekeningsvatbaarheid of over de noodzaak van behandeling. De officier eiste daarom een onvoorwaardelijke celstraf voor de duur van 30 maanden met daarbij de opmerking dat aan het eind van straf gekeken kan worden of en zo ja welke behandeling dan nodig is. De advocaat vond de eerste
brandstichting niet bewezen en een veel kortere celstraf op zijn plaats. Zij vroeg de rechtbank de man opnieuw op te laten nemen in een kliniek om behandeld te worden voor zijn verslavingsproblematiek. De rechtbank doet over twee weken uitspraak.
Deel dit op
*