Klein touwtjesmos langs de Waal

Zeer zeldzaam klein touwtjesmos langs de Waal

In de Beuningse Uiterwaarden, langs de Waal, is het zeer zeldzame klein touwtjesmos ontdekt. Deze mossoort kan slechts gevonden worden op elf plaatsen in het rivierengebied en op twee plaatsen in Zuid-Limburg. Op geen van deze bekende locaties komt het mos echter voor in de hoeveelheden als op de nieuw ontdekte plek. De nu ontdekte groeiplaats stond nog niet zo lang geleden op de nominatie om gekapt te worden in verband met hoogwaterveiligheid. Gelukkig zijn de plannen aangepast, waardoor het bos behouden kan worden. Nu blijkt dat er zeldzame en karakteristieke ooibosmossen groeien is dat extra goed nieuws.

In de Beuningse Uiterwaarden groeit ooibos van gevarieerde leeftijd. Meest in het oog springt een voormalig griendbos met forse stammen van schietwilg waarop lange, zware takken staan. Hierop komen fraai ontwikkelde vegetaties van vossenstaartmos voor. Op de voet van deze dikwijls overstroomde stammen groeit regelmatig vloedvedermos. Ook staat er spatelmos, groot touwtjesmos en gewoon pelsmos. De grootste verrassing kwam aan het licht in een bosje met recht opgaande wilgen. Op de stamvoet van ruim twintig wilgen bleek klein touwtjesmos (Anomodon attenuatus) te staan. Dit is een zeer zeldzame soort die als kwetsbaar op de Rode Lijst staat. Op sommige wilgenvoeten is dit mos aanwezig in plakkaten van vele vierkante decimeters. Op andere wilgen deelt het de plaats met groot touwtjesmos en spatelmos. De vondst van dit fraaie mos in zulke grote hoeveelheden is uniek in Nederland.

Klein touwtjesmos (foto: Jurgen Nieuwkoop)Kenmerkend voor de groeiplaats is dat in de winter en het vroege voorjaar de stamvoeten af en toe overstroomd raken. En in het voorjaar verdwijnen de stamvoeten al snel onder een dicht dek van grote brandnetel, om daar pas weer in de late herfst onderuit te komen.

In Nederland was klein touwtjesmos slechts bekend van 13 groeiplaatsen. Met deze vondst staat de teller nu dus op 14. Jurgen Nieuwkoop vond tijdens zijn onderzoek langs de zuidelijke Waaloever het klein touwtjesmos slechts op twee locaties. Alleen de best ontwikkelde ooibossen, waar vrijwel alle kenmerkende soorten voorkomen, bieden kans op deze fijnproever. De rijke populatie bij Beuningen laat zien dat behoud en ontwikkeling van oude ooibossen belangrijk is.

Dat sommige wijnen beter op smaak raken naarmate ze ouder worden, is algemeen bekend. Dat dit ook opgaat voor ooibossen begint pas langzaam duidelijk te worden. Dat komt doordat we in ons land nauwelijks oud ooibos hebben en veel te weinig weten over haar volle levensloop. Nu en dan wordt een nieuw tipje van de sluier opgelicht. Deze keer is het mossenkenner Jurgen Nieuwkoop die interessante mossen ontdekte in de ooibossen langs de Waal. Hoewel over het algemeen nog sprake is van ooibossen in de puberale fase begint bij sommige bij wijze van spreken de baard in de keel te komen. Zoals in het `oude' zachthoutooibos in de Beuningse Uiterwaarden.

Klein touwtjesmos (foto: Henk Siebel)De uiterwaarden van de grote rivieren zijn van oorsprong rijk aan verschillende soorten mossen. Karakteristieke mossen groeien er op de klei in droogvallende plassen en op steilrandjes, op zand van bijvoorbeeld rivierduinen en op wilgenbomen in ooibossen. Mossenkenner Jurgen Nieuwkoop onderzocht tussen 2011 en 2015 de uiterwaarden op de zuidoever van de Waal tussen Fort St. Andries en Nijmegen. Op het bijna 40 kilometer lange traject blijken op drie plaatsen adolescente zachthoutooibossen voor te komen: bij Wamel, bij Druten en bij Beuningen. In deze al flink ontwikkelde zachthoutooibossen zijn de kenmerkende mossoorten groot touwtjesmos en klein touwtjesmos, riviermos, vloedvedermos, spatelmos, glad kringmos, gewoon pelsmos en vossenstaartmos gevonden. Al deze soorten groeien op de wilgenstammen.

In de uiterwaarden bij Beuningen is de afgelopen jaren hard gewerkt. Rijkswaterstaat heeft er stroken ooibos laten kappen om ruimte te geven aan het hoogwater, in het kader van project Stroomlijn. Daarnaast heeft ARK Natuurontwikkeling er Klimaatbuffer Beuningen gerealiseerd. Het resultaat daarvan is een ondiepe afgraving aan de rand van het ooibos; een aantrekkelijke plas met prima leefomstandigheden voor een rijke waterflora en -fauna, op de plek waar tien jaar geleden nog mais werd geteeld en de laatste jaren een dicht wilgenwoud gekiemd was. De komende jaren zullen de Beuningse Uiterwaarden verder ingericht worden op initiatief van provincie Gelderland onder de vlag van programma WaalWeelde. Daarbij staan natuur en recreatieve beleving centraal. Het oude ooibos blijft hierbij gespaard.